Frédéric Beigbeder. Windows on the World

Frédéric Beigbeder. Windows on the World. Paris: Bernard Grasset, 2003.

Wat is er gebeurd in de 'eerste toren' van het New Yorkse WTC tijdens de ongeveer twee uur tussen het moment dat het vliegtuig ernaar binnen vloog en het moment dat die toren instortte? Niemand weet het precies, want niemand kan het navertellen. In Windows on the World, genoemd naar het restaurant dat bovenin de toren gevestigd was, probeert Frédéric Beigbeder het zich voor te stellen. Het boek bestaat uit 120 hoofdstukjes die allemaal als titel een minuut hebben tussen 8:30 en 10:29. In de even hoofdstukjes is een (verzonnen) jonge, gescheiden Texaanse vader aan het woord die met zijn zoontjes in de toren was gaan ontbijten. In de even hoofdstukken een schrijver Beigbeder die dit allemaal probeert te bedenken en te begrijpen. Het einde staat vanaf het begin vast: de vader en zijn zoontjes gaat het niet overleven, want niemand heeft het overleefd. En de schrijver wordt een gelouterder mens.

'J'ignore vraiment pourquoi j'ai écrit ce livre', schrijft Beigbeder in een van die oneven hoofdstukken, bijna op het eind. En helaas is het mij ook niet helemaal duidelijk geworden. Hij geeft een vrij bizar, eenzijdig beeld van de gebeurtenissen die hij (waarschijnlijk zelfs met opzet) beschrijft in de traditie van de Amerikaanse rampenfilm (Titanic). Wat die mensen is overkomen is in de allereerste plaats iets gruwelijks en onbegrijpelijks. De daders komen slechts één keer ter sprake, en dan slechts zijdelings. Nu is het natuurlijk waar dat de slachtoffers zelf nooit zullen hebben geweten wat er gebeurd is, en waarom. En dat het henzelf niet veel zal hebben geïnteresseerd. Maar de schrijver wil duidelijk maken dat 11 september 2001 een Groot Keerpunt in de westerse samenleving is geweest. Waarom een betrekkelijk willekeurige 'ramp' die rol vervuld heeft, wordt mij niet duidelijk. Het boek was veel gruwelijker geworden, volgens mij, als bijvoorbeeld gepoogd was ook een willekeurige dader te volgen.

Van Beigbeder had ik eerder al zijn boek 99 francs gelezen, over zijn leven in de reclame. Hij zegt daarin die oppervlakkige wereld vaarwel, maar het boek eindigt mistroostig, want wat is er nog anders dan die oppervlakkigheid? Als je gemeen bent, lijkt het net alsof de schrijver zich daarna (dat vorige boek verscheen in het jaar 2000) heeft vastgeklampt aan die elfde september als Echt Iets Heel Ergs dat wij, van onze generatie, toch maar hebben meegemaakt. Maar hij komt er vervolgens niet echt uit, wat hij ook probeert, het lukt hem niet om aan die gevreesde oppervlakkigheid te ontstijgen. Een aantal thema's worden wel aangeraakt: de vrijheid om te leven hoe je wilt, het einde van het grote kapitalisme dat gesymboliseerd wordt door het ineenzijgen van die gebouwen, de verwantschap die er ondanks alle strubbelingen bestaat tussen Frankrijk en de VS. Maar ook die essayistische stukjes leiden nergens naartoe, je wordt er niet echt wijzer van.

Reacties

Anoniem zei…
Het is wel 'n goed boek. Ik vind het heel aangrijpend en het verhaal wordt mooi afgewisseld met kritiek op dingen of bedenkingen van de schrijver. Er staat trouwens een fout in deze recensie, lees maar 'ns goed na.

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.