Philip Roth. The dying animal. Londen: Vintage, 2002 (2001).

Boeken over relaties tussen oudere intellectuele zestigers en meisjes van in de twintig zijn een kleine wereldwijde trend — neem mij nu, ik heb al boeken over dit onderwerp gelezen van onder andere Krabbé en Coetzee. Ook in The dying animal is het weer raak: een kunstcriticus en docent van 62 krijgt een verhouding met een meisje van 24. Hoewel de man al veel verhoudingen met studentes heeft gehad, raakt hij nu toch in de problemen want hij wordt, jawel, verliefd. Tijdens de eerste 100 bladzijden — van de 160 die het boekje telt — dacht ik: ja, dat thema dat kennen we nog wel. Bovendien kan de verteller die immers ook leraar is nogal uitwijden over al zijn theorieën over de ontwikkeling van de vrouwelijke seksualiteit in de twintigste eeuw en aanverwante thema's. Het is dan ook niet echt een roman: het is een novelle, er is een man aan het woord over het leve en over zijn grote liefde, de jonge, mooie Cubaanse Consuela. Maar in de laatste bladzijden pakt die Roth je toch weer beet, als door een onverwachte ontwikkeling niet alleen de man in zo'n relatie de dying animal blijkt te zijn, maar zelfs zo'n prachtige vrouw mogelijk niet bestand blijkt tegen het altijd maar naderende einde.

Eerder las ik van Roth (o.a.) The plot against America.

Citaat: «The great biological joke on people is that you are intimate before you know anything about the other person. In the initial moment you understand everything. You are drawn to each other's surface initially, but you also intuit the fullest dimension. And the attraction doesn't have to be equivalent: she's attracted to one thing, you to the other. It's surface, it's curiosity, but then, boom, the dimension. It's nice that she is from Cuba, it's nice that her grandmother was this and her grandfather was that, it's nice that I play the piano and own a Kafka manuscript, but all this is merely a detour on the way to getting where we are going.» (p. 15-16; het mooie van dit boek is dat al deze dingen die nu zo onbeduidend lijken, later, als de hele affaire is afgelopen en de geliefden elkaar toch weer ontmoeten ineens wel belangrijk blijken.)

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.