Philippe Claudel. Les âmes grises. Paris: Stock, 2004 (2003).
Dat verhaal heeft tegelijkertijd ook nog iets van een detective. Het decor is de Eerste Wereldoorlog, net als in de populaire film (eerder dit jaar gezien) Un long dimanche de fiançailles en in zekere zin The Maze van Panos Karnezis — als we de Grieks-Turkse oorlog voor het gemak ook tot de Grote Oorlog rekenen. Er zijn meer vergelijkings punten tussen The Maze en Les âmes grises. Beide spelen zich af in een geïsoleerd plattelandsdorpje; in beide wordt veel werk gemaakt van de verschillen tussen elite en het gewone volk, in beide wordt aangetoond hoe absurd het is om nog over misdaad te spreken tegen een achtergrond van grootschalig moorden. Maar Les âmes grises is van de twee het melancholiekst.
Toch heeft het een tijd geduurd voor ik er doorheen was. Maanden geleden ben ik begonnen, en toen na een week geworstel pas tot de helft gekomen. Het afgelopen weekeinde heb ik ineens de tweede helft gelezen. Ik zie wel waarom het zo populair geworden is, maar toch ben ik er niet van ondersteboven. Er gebeurt eigenlijk net iets te veel in dit boek. Niet alleen bespiegelt de politieagent uitgebreid over wie nu toch het kleine meisje vermoord kan hebben, waar het allemaal om draait, niet alleen wordt je daarnaast regelmatig geconfronteerd met de dood van weerloze soldatenjongens, maar daarnaast overlijdt ook nog eens de echtgenote van de verteller, Clémence, in het kraambed, en daaroverheen bekent deze verteller op het laatst het babytje met een kussen te hebben doodgedrukt, omdat hij de gedachte niet kon verdragen zonder zijn geliefde maar met dat kind -- haar 'moordenaar' -- verder te moeten. Dat werd me net iets te melodramatisch, maar toen had ik het boek dan ook na een bladzijde uit.
Reacties