Alain de Botton. Essays in Love. Oxford: Picador, 2006 (1993).

Een man ontmoet een vrouw, ze worden verliefd op elkaar, ze krijgen een relatie, het gaat uit. Dat is het verhaal van Essays in Love, en dan heb ik het nog niet eens zo heel erg ingekort. Toch is dit een van de charmantste en elegantste boekjes die ik in lange tijd gelezen heb. De Botton doorspekt zijn verhaal met allerlei korte beschouwingen over de liefde: waarom wordt hij zo woedend als zij de 'verkeerde' schoenen heeft gekocht, terwijl het hem niets kan schelen dat zijn melkamn op nog veel raardere stappers rondloopt? Wat is het belang van bijnamen? Hoe lijkt iemand die voelt dat hem de liefde ontglipt op een terrorist?

Deze versie van dit boek is onlangs door De Botton lichtelijk herschreven: de eerste versie schreef hij toen hij een jonge twintiger was, en inmiddels is de schrijver ook alweer kaal en ergens in de dertig.

Ik zou nu eigenlijk wel willen weten waar deze versie verschilt van die eerdere, want deze lijkt me af en toe behoorlijk wijs voor iemand van 23. OF, nou ja, ik weet ook eigenlijk niet meer wat ik zelf allemaal dacht in die tijd; en ik weet ook niet of ik nú wel zo goed zou kunnen observeren als De Botton: al die kleine details van de gemoedstoestand, die je meteen weer vergeet omdat je overgaat in een andere gemoedstoestand: als je het leest denk je 'oh ja', maar hoe onthoud je het als niemand ooit eerder Essays in love schreef?

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.