Ilja Leonard Pfeijffer. Het ware leven, een roman. Amsterdam: Arbeiderspers, 2006.

Een dikke dichter met een snorretje en een sik, een wat verlegen man die de luidruchtige bohémien moet uithangen, schrijft een roman. Net als een jonge veertiger, een vrouw die het ware leven niet langer in Leiden zoekt, maar in Napels. En net als Dan Brown. En net als iedereen.

We leven allemaal verhalen: ieder mens lijkt zijn eigen verhaal te hebben bedacht en daar zo goed mogelijk naar te leven. Iedere gebeurtenis moet betekenis hebben in dat verhaal. Tegelijkertijd kun je je soms opgesloten voelen in die roman van je leven. Ook als je een dikke dichter bent met een snorretje en een sik.

Wat een prachtig boek is dit: virtuoos, erudiet, intelligent en ontroerend. Wel dertig vertellers (of zoiets) komen er aan het woord en samen vertolken ze uiteindelijk iedere gedachte die je zou kunnen hebben over het ware leven -- inclusief iedere denkbare kritiek erop.

Nou ja, iedere denkbare kritiek. Als je de recensie leest die op het Internet staan, valt bovendien op hoe slecht het boek eigenlijk begrepen wordt, dat had Pfeijffer dan net weer niet voorzien. Samen vormen die recensies eigenlijk een gratis extra hoofdstuk bij het boek. Max Pam schrijft bijvoorbeeld: " Een tikje slordig is de auteur wel. [...] In Het ware leven, een roman wordt een vrouw ook 'voor de eerste keer ontmaagd'. Ik ben meer geïnteresseerd in vrouwen die voor de tweede keer worden ontmaagd." Wat Pam met al zijn slimmigheid niet heeft gezien, is dat de gewraakte uitdrukking in de mond wordt gelegd van de modieuze schrijfster Eugenie van Zanten, die wel meer halfkromme uitdrukkingen gebruikt, en bijvoorbeeld ook consequent 'ik besef me' schrijft. In Het ware leven heeft alles een functie, zelfs de slordigheid.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het eerste kwart: Lize Spit, Het smelt

Jan Oegema, Keizersdrama. Lucebert opnieuw, 2024

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.