V. S. Naipaul. The mystic masseur. London; Picador, 2001 (1957)
The mystic masseur is op het eerste gezicht een schelmenroman: de hoofdpersoon lijkt niet helemaal te deugen, maar vooral zijn tegenstanders steeds te slim af te zijn. Maar bij nader inzien is het niet zo duidelijk dat Ganesh wel echt een traditionele schelm is: in voorkomende gevallen lijkt hij met iedereen, ook voor zijn ergste tegenstander (zijn schoonvader) het beste voor te hebben, en dat hij als mysticus of als politicus een bedrieger is kun je eigenlijk niet zeggen.
Voor alles is dit een boek van liefde: liefde vooral voor boeken, lezen en leren, maar liefde ook voor de Indiërs van Trinidad, die het beste maken van hun moeilijke leven.
Ik had nog nooit iets van Naipaul gelezen. Dat zou ik toch vaker moeten doen.
Reacties