Reza Aslan. Zealot. The life and times of Jesus of Nazareth. Random House, 2013.

Jezus, de historische Jezus, de man die zo'n 2000 jaar geleden echt leefde in Palestina, wat was dat voor man? Het overtuigendste en meeslependste verhaal dat ik ooit over hem las, is het onlangs verschenen Zealot, van de Iraans-Amerikaanse geleerde Reza Aslan.

Aslans voornaamste methode is om zich niet al te veel te verlaten op de evangeliën. Volgens hem ligt er één feit onomstotelijk vast: dat Jezus gekruisigd is. Uit dat ene feit weet hij vervolgens heel veel te reconstrueren. De Romeinen kruisigden namelijk alleen opstandige Joden, die het gezag van Rome niet wilden erkennen. Door een indringend beeld te geven van de roerige periode die enkele jaren voor Jezus' geboorte begon in Palestina, en die eindigde in 70 met de verwoesting van de Tempel, weet Aslan een overtuigend verhaal te reconstrueren over de historische Jezus.

Hij was een man die opgroeide in een uitermate armoedig dorpje, Nazareth; die daardoor waarschijnlijk nauwelijks of geen scholing had; en die moet hebben gezien hoe de Romeinen en een met de Romeinen collaborerende Joodse elite in weldaad leefden ten koste van de arme plattelandsbevolking; en die tegen die Romeinen en de (religieuze) elite in opstand kwam. Die daarbij geïnspireerd was geraakt door de religieuze boodschap van zijn leermeester Johannes de Doper en ontdekte dat hij zelf de aandacht kon trekken door exorcisme en wonderdoening. Die zijn boodschap weliswaar lange tijd wist te verstoppen in parabels (en door zichzelf niet 'koning' te noemen, maar 'mensenzoon'; Aslan legt uit dat dit in het boek Daniël, en alleen daar, ook gebruikt wordt als aanduiding van koningen).

Jezus was een opstandeling zoals er meer waren in zijn tijd, veel meer. Maar er moet na zijn kruisiging iets bijzonders gebeurd zijn. Wat dat is, weet de historicus Aslan niet: dat er daadwerkelijk een opstanding heeft plaatsgevonden kan een historicus niet zeggen. Maar hij wijst erop dat voor zover we weten al Jezus' volgelingen ook onder marteling bleven volhouden dat die opstanding er was geweest. In ieder geval psychologisch was dat een waarheid.

Vervolgens werd na die dood door een ingewikkeld politiek spel, dat Aslan nauwkeurig en meeslepend beschrijft, Jezus de opstandeling die ter plekke en in levenden lijve de Romeinse macht wilde omverwerpen, omgeturnd tot Jezus (de) Christus, een immateriële figuur die veel beter in het Grieks-Romeinse gedachtegoed paste en die bovendien zoveel mogelijk van Joodse connotaties was ontdaan: na de val van de Tempel waren Joden geworden tot paria's in het Romeinse rijk.

Het duidelijkst vinden we Jezus' oorspronkelijke boodschap, volgens Aslan, terug in de brief van Jacob in het nieuwe testament. Jacob was Jezus' broer, werd ook door niet-Christelijken beschouwd als extreem rechtschapen en was bovendien aantoonbaar tijdens zijn leven de echte leider van de nieuwe groep – en niet de door Aslan volgens mij terecht verachte Paulus. Die brief gaat vooral over het opkomen voor de armen. En het is die boodschap die volgens Aslan 'geloof' verdient.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.