A.F.Th. van der Heijden. Advocaat van de hanen. Querido, 2014 (1990).

Omdat ik deze zomer intensief Van der Heijdens feuilleton President Tsaar op Obama Beach volgde, las ik parallel daaraan ook sommig ouder werk terug: vaak slechts voor een deel, omdat ik me iets herinnerde bij het lezen van het feuilleton, maar sommige boeken heb ik uiteindelijk voor een zo groot deel nagelezen dat ze uiteindelijk ook wel in dit logboekje terecht zullen komen.

Advocaat van de hanen is waarschijnlijk Van der Heijdens meestgelezen boek, omdat het relatief zelfstandig staat van de rest van de cyclus én omdat het ongeveer de structuur heeft van een thriller. Het is allemaal relatief: er wordt eigenlijk onderhuids behoorlijk veel verwezen naar de rest van Van der Heijdens werk, en voor een thriller is het nu ook weer niet zo heel spannend. Hoe de betrokkenheid van Ernst Quispel bij de moord op Kiliaan Noppen precies is, is weliswaar in het begin niet heel erg duidelijk, maar ook geen groot mysterie; en de onthulling van wie nu precies de echte moordenaar is, komt als een soort ingeving achteraf, als je als lezer al niet meer zo met die kwestie bezig bent.

Advocaat van de hanen is toch vooral een boek over de dronkenschap, over de vraag waarom je daarin zou vluchten, en op welke manier je dat dan vervolgens het best kunt doen. Quispel heeft een drinkgedrag waarvan ik buiten dit boek nooit heb gehoord, al wordt er gesuggereerd dat het een bekend patroon is: ongeveer een keer per jaar dompelt hij zich een paar weken helemaal onder in de vodka, die hij de rest van het jaar niet aanraakt. Maar het is niet alleen dat: hij denkt ook regelmatig en uitgebreid na over dat drankgedrag, al kost het hem wel veel tijd om tot een conclusie te komen, helemaal aan het eind van het boek, die je als lezer allang getrokken hebt: dat deze manier van doen ook een bescherming biedt tegen het monster van de drank, door het in tijd in te perken.

Tegelijkertijd is het ook een mooi inkijkje in de jaren tachtig: de tijd van de yuppen, de tijd dat de wereld eigenlijk wel helemaal geregeld leek te zijn, zodat je 'blasé' kon zijn (een woord dat regelmatig terugkomt) en je eigen problemen kon verzorgen – waar dan ook rijkelijk in wordt verzien. Advocaat van de hanen roept de sfeer van het Amsterdam van die tijd succesvol op, in ieder geval voor mij – het is alsof je er weer rondloopt, in die stad waar het altijd mooi weer was, maar de corruptie ook in de lucht hing.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.