Trudy van Wijk. Geef niet mee! Een biografie van Ellen Warmond. Walburg Pers, 2024.

 


Iedereen die kan lezen, weet dat Ellen Warmond een belangrijke, en interessante dichter was – een die werkte in de tijd van de Vijftigers, die – alleen al omdat ze een vrouw was – in de schaduw van die Vijftigers kwam te staan, maar die na haar dood langzaam uit die schaduw treedt: een interessante stem die in veel opzichten misschien wel interessanter was dan de mannen van Vijftig. Bijvoorbeeld doordat ze zo eigenzinnig klonk.

Die eigenzinnigheid kenmerkte ook haar leven, zo blijkt uit de biografie die Trudy van Wijk over Warmond schreef. Geef niet mee heet de biografie, naar een regel uit een gedicht uit de bundel Het struisvogelreservaat uit 1963:

Advies

Geef niet mee maar heers
verweer je tegen de stilte
de kou de stilstand de leegte

geef niet mee verbreek
het woord dat de dood bezegelt
ontken de zwarte kern

gons van ongeloof ontvonk
van tastbaar leven
vloek ja tegen het vroomste nee

verdoof niet geef je niet over
geef niet mee.

Een van de thema's in Van Wijks biografie is Warmonds homoseksualiteit. Duidelijk wordt tegelijk dat dit voor Warmond zelf – eind jaren vijftig! – eigenlijk nauwelijks een thema was. Ze worstelde met allerlei problemen, maar dat ze met vrouwen naar bed ging hoorde daar niet bij.  Het werd pas ingewikkeld als ze een relatie met zo'n vrouw kreeg, zoals – in die vroege jaren – met de veel oudere schrijfster Anna Blaman. Warmond was te veel een eenling voor zulke relaties, al kreeg ze tegelijkertijd later er nog een, die ongeveer 30 jaar duurde voor hij klapte.

Sowieso leek Warmond zichzelf te accepteren: ze was nu eenmaal wie ze was. Haar latere vriendin moest uit Israël maar terug naar Nederland komen om zich bij Warmond te vestigen. Als ze problemen had met Warmonds drankgebruik, waren dat vooral haar eigen problemen.

Enkele jaren geleden verscheen de correspondentie tussen S. Carmiggelt en Ellen Warmond. Dit boek doet verlangen naar een veel grotere selectie uit Warmonds correspondentie – ook die met de vriendinnen of met andere schrijvers met wie ze vanwege haar werk voor het Letterkundig Museum te maken kreeg. En natuurlijk naar een mooi Verzameld Werk – haar gedichten, haar columns, de paar romans die ze schreef.

Ze was iemand die niet meegaf: zulke mensen zijn vaak heel lezenswaard.


Reacties

Populaire posts van deze blog

Het eerste kwart: Lize Spit, Het smelt

Freek Van de Velde. Wat taal verraadt. Een kleine geschiedenis van brein tot beschaving. Lannoo Campus, 2024.

Jan Oegema, Keizersdrama. Lucebert opnieuw, 2024