K. Michel. Kleur de schaduwen

K. Michel. Kleur de schaduwen. Amsterdam/Antwerpen: Augustus, 2004.

Er zijn maar weinig dichters die ik zo volg, dat ik speciaal naar de boekwinkel ga als er een nieuwe bundel van is. K. Michel is er wel een van. Ik las in de krant een interview met Michel verschenen was, en sindsdien ben ik zelfs een paar keer naar de boekwinkel gegaan om te kijken tot ik het uiteindelijk mee naar huis kon nemen.

En daar raakte ik een beetje teleurgesteld, maar dat is achteraf vooral omdat ik enkele van de beste gedichten al kende, omdat ze al her en der verschenen waren (bijvoorbeeld in de bundel over de hofvijver). Maar bij nadere beschouwing staan er toch ook wel een paar nieuwe gedichten in. Vooral de prozagedichten vind ik goed: 'Als bootjes in het donker' bijvoorbeeld.

Sommige gedichten zijn trouwens wat flauw. vind ik. Er staan wat 'ready-mades' in, en ik houd geloof ik niet zo van ready-mades (daarvan zijn er op internet al genoeg). Maar een flauw gedicht vind ik dan toch wel weer erg grappig:

Onderweg (naar Jandl)

bent een ei
ja
bent een ei
ja ja
heel erg ei

bent ook een ei
ja
ben ook een ei
jaja maar

wil geen ei meer zijn
ben al veel te
wil ook geen ei
ben al heel

(...)

lange ei
kan
ja lange ei
kan
en wei
ja
wei kan ook
jaja
ook

(PS: aangezien té nooit goed is
een taxi gebeld en deze regels
ter evaluatie voorgelegd aan
de chauffeur: 'Krijg nou tieten')

Volgens het colofon is dit een vrije bewerking naar een gedicht van Jandl, en het grootste deel van het gedicht lijkt ook duidelijk op een op het web terugvindbaar gedicht gebaseerd. Het commentaar zou je op het eerste gezicht als een flauwe grap kunnen zien; maar je kunt niet om het gevoel heen dat er meer achter zit -- al valt nauwelijks te omschrijven wat.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.