Ernest Hemingway. The Old Man and the Sea. New York: Scribner, 2003 (1953).

Ernest Hemingway. The Old Man and the Sea

Een oude man, Santiago, is alleen op de oceaan. De jongen die hem altijd hielp bij het vissen, mag van zijn ouders niet meer met de oude man mee — het geluk heeft hem verlaten. Dus gaat hij er alleen op uit, en vangt een enorme zwaardvis (althans, de Engelse tekst noemt het een marlin en de plaatjes die Google daarop geeft zou ik benoemen als een zwaardvis). Enkele dagen en nachten strijdt de oude man met de zwaardvis, om hem tenslotte te doden. Voordat hij terugkomt in de haven is al het vlees van de vis al door de haaien opgegeten.

De oude man is kortom, op een totaal andere manier alleen dan de hulpboukhouder Bernardo Soares in Het boek van de onrust van Fernando Pessoa dat ik eerder deze week uitlas. Hij praat wel een beetje met zichzelf, maar hij is toch vooral bezig te leven, te strijden en dus te leven. Hij is een ouderwets mytisch soort held - oud maar vitaal, 'pijn betekent niets voor een man', denkt hij ergens, en dat zou Soares nooit denken. Santiago wint uiteindelijk dan ook, al komt hij bijna met lege handen terug: het gigantische geraamte van de vis is het bewijs van de geleverde strijd.

Ik voel meer voor Hemingway dan voor Pessoa. Dat is misschien een beetje raar, voor iemand die werkt op het instituut dat model stond voor Het Bureau en nog nooit ook maar een spierinkje gevangen heeft, maar in plaats daarvan op een uithoek van het internet iets opschrijft over de boeken die hij gelezen heeft. Toch denk ik dat ik meer een vechter ben, maar wie weet is dat allemaal maar escapisme van de kantoorklerk.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.