Eva Meijer. Variaties op aanwezigheid. HetMoet, 2025.
Variaties op aanwezigheid van Eva Meijer is een fijne bundel om over te schrijven, maar het is niet zo'n fijne bundel om te lezen, in ieder geval niet voor mij.
Het gaat over long covid, en daar begint voor mij het probleem al: dat het een bundel is die ergens over gaat, over iets actueels. Het is daarmee een soort gelegenheidspoëzie, waarbij dan weliswaar de dichter zelf de gelegenheid heeft gemaakt. Zij heeft zichzelf duidelijk de opdracht gesteld om een bundel over deze ziekte te schrijven. Maar dat is een akelig precies en afgebakend thema, en ik weet niet wat ik daarmee aanmoet.
Ik grijp niet naar een dichtbundel omdat ik iets wil lezen over long covid, zoals ik er ook niet naar grijp omdat ik iets wil leven over sportverdwazing, of over de verkeersproblematiek. Ik grijp naar een bundel omdat ik taal wil, nieuwe taal.
Variaties op aanwezigheid biedt die taal niet. Het gaat in deze bundel niet om de individuele regel, of over het individuele gedicht, maar om de constructie van de bundel als geheel. Die bestaat uit meer dan 45 variaties (aan het eind wordt de telling een beetje onzeker), die bijna allemaal beginnen met de regels:
Ik zit op de bank en
Ik zit op de bank en ik kijk uit het raam
Ja, want als je long covid hebt, zit je heel veel op de bank en kijk je heel veel uit het raam. Hier wordt met andere woorden gepoogd de tekst te modelleren naar de werkelijkheid: is die laatste saai en repetitief en uitzichtloos, dan maken we de tekst zo.
Er zijn ook variaties waarin sommige of zelfs alle letters vervangen zijn door x'en:
Xx xxx xx xx xxxx xx
Xx xxx xx xx xxxx xx xx xxxx xxx xxx xxxx
Want als je long covid hebt, wordt af en toe alles helemaal verneveld. Dit is waarom het fijn is om over Variaties te schrijven: je kunt al dit soort technieken aanwijzen, eindeloos.
Ik weet niet precies wat de dichter met deze trucs wil bereiken. Ik word er niet veel wijzer van: verstandelijk weet ik al dat long covid betekent dat je nauwelijks de bank af komt en dat je nevels krijgt in je hoofd. Als ik dat niet zou hebben geweten, zou het me ook in deze tekst zijn ontgaan. En gevoelsmatig doen dit soort imitaties op papier van die werkelijkheid me niet veel.
Ik kan hooguit denken 'wat knap bedacht', maar eerlijk gezegd ook dat alleen met enige goede wil, want zo knap bedacht vind ik het allemaal ook niet.
Af en toe wordt een en ander onderbroken door korte inkijkjes in het leven van Meijer, bijvoorbeeld dat er een zekere M. is die kennelijk voor haar zorgt, en door mini-essaytjes, bijvoorbeeld over dat sommige dieren óók gevangen zijn door de mens, maar die hebben niet eens een bank of een tv.
Je kunt zeggen dat het heel knap is dat iemand met deze ziekte toch nog een dichtbundel heeft geschreven, en daar heb je dan geen ongelijk in. Maar voor mij had Eva Meijer het niet hoeven doen.
Reacties