Nicolien Mizee. De kennismaking. Faxen aan Ger (1994-1997). Van Oorschot, 2017
"Ik hou in feite helemaal niet van kunst," schrijft Nicolien Mizee in De kennismaking. "Ik hou van het leven zoals zich dat aandient, en niet van de stilering die anderen daarin aanbrengen. Dat ik naar jouw filmpjes kijk, is omdat ik op jou gesteld ben, en wil zien of je nog op de goede weg bent."
Dat is een opmerkelijke constatering voor iemand die bezig is scenario-schrijver te worden. Het wordt mij ook niet helemaal duidelijk waarom Nicolien dat wil. Ze verwijst wel af en toe naar proza als alternatief, en ze schrijft dit zelf in een vorm die veel dichter ligt bij het adagium dat ze hier uitspreekt: een fax. Aan haar docent scenarioschrijven Beukenkamp.
In een scenario stileer je wat andere mensen zouden kunnen zeggen. Je hebt daarbij alleen hun buitenkant. In De kennismaking beleef je een, eventueel gefilterde, versie van het leven van Nicolien Mizee, vanuit de binnenkant. Hoewel ze model is, en een tekening van haar naakte lichaam de kaft (!) van De kennismaking siert.
Heel veel maakt Mizee niet eens mee, in de drie jaar die ze hier beschrijft. Ze werkt niet, dat is misschien een van de belangrijkste dingen die ze meemaakt. Ze is arbeidsongeschikt: niet omdat ze op enigerlei wijze gehandicapt is, niet omdat ze niet wil werken, maar omdat ze het niet kan.
Mij, zelf tot in de vezels arbeidsgeschikt, fascineert dat aspect mateloos. Het hoogtepunt van De kennismaking is een vele pagina's beslaand verslag van een gesprek met twee mensen die haar moeten keuren. Hun ergernis is voelbaar: wie denkt Mizee wel dat ze is, dat ze niet hoeft te werken? Waarom is bij iedere stage na een tijdje weggelopen? Moeten we niet allemaal werken? Dat zijn vragen die bij de meeste lezers wel zullen opkomen. Het is een verademing om de verbazing over zulke vragen mee te maken van iemand die nu eenmaal niet geschikt is voor een baan.
Er is meer om je over te verbazen. Mizee heeft dus kennelijk jarenlang bijna dagelijks uitvoerige faxen gestuurd aan haar voormalig docent. Hoe vreselijk ongemakkelijk moet die zich onder al die confidenties hebben gevoeld, en onder het herhaaldelijk aandringen op lichamelijk contact (in de vorm van 'in de nek bijten')? Hoe is het mogelijk dat hij niet alles op alles heeft gezet om dit te stoppen? Zag hij vanaf het begin dat hij onderdeel werd van een fascinerend prozaproject?
Mizee maakt niet veel mee, en heeft alleen zichzelf. Maar ze sprankelt genoeg om dat geen gemis te maken. Ze heeft geen baan of relatie of inkomen nodig. Ze heeft genoeg aan haar faxen:
Ik heb weleens bedacht dat ik, in ruil voor mijn goede werken voor de mensheid, eigenlijk allerlei diensten terug zou moeten vragen. Dat we afspreken dat ik lijd voor de mensheid, en dat zij dat vergoeden door het bereiden van maaltijden, het schoonmaken van mijn huis en het beschikbaar stellen van vakantiehuisjes in lommerrijke omgeving. Lijkt je dat geen goed idee? En nou had ik zo gedacht dat het het beste was als jij dat ging uitleggen aan de mensheid, omdat de mensheid misschien eerder geneigd is naar jou dan naar mij te luisteren. Jij hebt een positie tenslotte, en je ziet er leuk uit, en je bent weleens op de televisie geweest.
Wat fijn dat er mensen arbeidsongeschikt zijn.
Reacties