De tijd van de romans over de Tweede Wereldoorlog lijkt een beetje voorbij. Er verschijnt er af en toe nog wel een – vorig jaar The Safekeep van Yaël van der Wouden – maar je kunt niet meer zeggen of klagen dat een Nederlandse roman geen roman is zonder nazi.
Wat dat betreft gaat Sarah van der Maas, een jonge Middelburgse schrijfster, tegen de tijd in met haar boek Een tijd als deze. Af en toe doet deze roman, over een jonge Duitse architect in 1945 die niet héél enthousiast is over het fascisme, maar ook echt wel meer is dan een meeloper – iemand die het allemaal zeker gelooft, maar toch ook zijn eigen leven lijdt – denken aan Willem Frederik Hermans. Dat kan niet anders, en behalve scenes die aan Tranen der acacia's of De donkere kamer van Damokles doen denken, zit er ook een snuif Nooit meer slapen in het boek want de architect, Gottfried, loopt eindeloze stukken, wekenlang door een besneeuwd woud zonder dat het opschiet.
Tegelijkertijd schept Van der Maas geen sadistisch universum. Zelfs de nazi wordt invoelend beschreven, hij is alles bij elkaar uiteindelijk best een behoorlijk man, hoeveel spijt hij ook later heeft van het 'verraad' dat hij heeft gepleegd door de zoon van de hospita uit de dienst te houden.
Dit is de tour-de-force die Van der Maas heeft gemaakt: iemand van binnenuit beschrijven die heel ver van haar weg staat: een man die als ik het goed uitreken wat ouder is dan zij, een nazi, en zelfs iemand van een ander geloof (hij is katholiek, Van der Maas schrijft voor het Reformatorisch Dagblad). Een man bovendien die meer van tekeningen houdt dan van woorden.
De roman mag dan Een tijd als deze heten, de overeenkomsten met onze tijd liggen er niet bepaald dik bovenop. Zelfs als je erkent dat het fascisme nu weer opleeft, wordt in het boek toch minstens een heel andere fase beschreven – een waarin Duitsland aan alle kanten wordt binnengedrongen door geallieerde troepen, waarin allerlei mensen proberen te ontkennen dat ze ooit het nationaal-socialisme waren toegedaan. Een waarin mensen zichzelf nog wijsmaken dat de Engelsen aan het eind van de oorlog misschien nog wel een pact met Hitler gaan sluiten tegen Stalin:
Wat denkt u, dat Frankrijk graag een Sovjetstaat aan zijn grenzen ziet opbloeien? Het machtsevenwicht in Europa, waar ze zo dol op zijn, zal verder zoek zijn dan ooit. Tel daarbij op dat de Engelsen een beschaafd volk zijn – van de Amerikanen zal ik nu maar niets zeggen – en dat ze een natuurlijke afkeer hebben van barbarisme, al beseffen ze dat misschien zelf nog niet ten volle.
Zo implausibel lijkt me die redering niet eens, als je hem in de tijd plaatst. Je had hem als Duitser in 1945 best kunnen geloven.
Een tijd als deze is vooral een studie in hoe je het, gevangen in je eigen tijd en in je eigen gelijk, volkomen bij het verkeerde eind kunt hebben. En hoe er eigenlijk geen manier is waarop je dat te weten kunt komen. Behalve misschien door je gevoel te geloven, zoals Gottfried uiteindelijk doet als hij zichzelf toegeeft hoeveel hij van Irma houdt, het zwijgende kleine meisje waarvan hij lang heeft gedacht dat hij ermee was opgescheept.
Reacties