Martin Stokhof. Wittgensteins betekenis. Hoe taal, handelen & wereld betekenis bepalen. Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2025.



Aan het einde van zijn boek Wittgensteins betekenis poneert Martin Stokhof dat het werk van Ludwig Wittgenstein zich moeilijk verhoudt met de geprofessionaliseerde academische filosofie, met 'haar eigen vaktijdschriften, subsidies, prijzen, ranglijsten, en alles wat daar verder nog bij hoort.' Van academische filosofie is hét kenmerk 'het zoeken naar essenties': wat bedoelen we precies met rechtvaardigheid? Volgens Wittgenstein was de filosoof die daarnaar op zoek was het slachtoffer van 'onze zucht naar algemeenheden':

[Wittgenstein] had ook een op z'n zachtst gezegd ambivalente houding ten opzichte van de academische filosofie. Hij raadde zijn leerlingen sterk af om een carrière daarin na te streven en hij beschouwde zijn eigen rol erin eerder als een last dan als een lust. Zijn visie op wat filosofie niet en wel kan zijn verbindt het algemene met het persoonlijke – en daarvoor is in de academische filosofie niet echt plaats.

Interessant is dat Stokhof zelf een succesvolle academische carrière heeft gehad – hij was een heel succesvol hoogleraar aan de UvA, lid van de KNAW en internationaal bekend als logicus. Én als Wittgenstein-kenner. Het kan dus wel (of het kon in ieder geval tijdens Stokhofs loopbaan wel).

Interessant is ook dat Stokhof met Wittgensteins betekenis expliciet zegt dat hij een boek voor niet-academici heeft willen schrijven, want de studie van Wittgenstein is natuurlijk toch óók een discipline. Stokhof beheerst die tot in de puntjes. Hij zet een heel coherent beeld neer van de denker Ludwig Wittgenstein, vanaf de Tractatus logico-philosophicus tot het laatste, posthuum uitgegeven werk. Daar lijkt af en toe behoorlijk wat tegenspraak in te zitten, al is het maar omdat Wittgenstein eerst beweerde met de Tractatus alle filosofische problemen te hebben opgelost, maar na een aantal jaren toch weer terugkeerde, om de rest van zijn leven na te blijven denken, aantekeningen te blijven maken, nieuwe inzichten te krijgen.

Discussie

Hoewel de Tractatus op het eerste gezicht de indruk wekt sterk op de logica gericht te zijn – de taal is een spiegel van de werkelijkheid, en alles wat niet in taal kan worden uitgedrukt, daar moet de filosofie zich niet mee bezighouden. Later werk had juist veel meer aandacht voor al datgene dat weliswaar niet in taal kan worden uitgedrukt – ethiek, esthetiek, mystiek, ik noem er maar een paar – maar dat juist van groot gewicht is in het mensenleven. En waar kwesties van waarheid en onwaarheid zich weliswaar niet op dezelfde manier voordoen – je kunt niet zeggen dat Jezus geboren is in een kribbe, en ook niet dat dit niet het geval is – daar kunnen mensen zich toch ook uitdrukken over ethische, esthetische en religieuze waarheden. Bijvoorbeeld in taal.

Stokhof laat zien dat die openingen eigenlijk al in de Tractatus zaten, dat zich weliswaar vrij exclusief richtte op een van de taalspelen, het logische, maar ''Waarvan men niet spreken kan, daarover moet men zwijgen', betekent niet dat het onzin is om zich met die dingen waarover men niet spreken kan, bezig te houden. Alleen moet men er wel over zwijgen, omdat de structuur van de taal niet toestaat om erover te schrijven.

Wat fijn dat een groot geleerde als Stokhof hierover een boek heeft willen schrijven voor niet-filosofen. Heel goed vind ik dat hij daarbij niet op zijn knieën is gaan zitten. De tekst is niet-academisch in de zin dat jargon als het nodig is, altijd wordt geïntroduceerd en dat Stokhof niet voortdurend in discussie gaat met vakgenoten over hoe we een en ander moeten begrijpen – de beredeneerde literatuurverwijzingen staan alleen aan het eind van ieder hoofdstuk.

Glashelder

Het betekent dat de tekst af en toe behoorlijk ingewikkeld en abstract is. Ik heb recensies gelezen waarin dit als een bezwaar naar voren werd gebracht. Had het niet allemaal wat simpeler moeten worden gemaakt, en hadden er niet wat meer grappen moeten worden verteld? (Echt waar, er was iemand die dat laatste vond.) Wat een onzin! Waarom moet alles voor een niet-gespecialiseerd publiek altijd maar met alle geweld meteen 'voor een breed publiek' zijn? Onder niet-specialisten zitten toch ook genoeg mensen met een hogere opleiding en voldoende verstand om zich ook door wat abstractere onderwerpen te werken, en dan beloond te worden met nieuwe inzichten? En ik vind dat Stokhof alles glashelder uitlegt.

Het enige nadeel aan Wittgensteins betekenis is de ronduit slordige manier waarop de bureauredactie is gedaan – er ontbreken af en toe woorden, of zinnen zijn nét een beetje krom, dingen waarop een bureauredacteur let, en er worden er maar liefst twee bedankt – en het armoedige papier waarop Athenaeum een en ander heeft afgedrukt. Dit boek lijkt me over tien jaar niet meer leesbaar, en dat is eeuwig jammer.

Reacties