Aki Shimazaki. Ajisaï. Actes Sud, 2025.
Ajisaï van Aki Shimazaki is een bewijs dat de persoon van de auteur er wel degelijk toe doet. Ik weet bijzonder weinig over Shimazaki, maar genoeg om deze stelling aan te durven: zij is in 1954 in Japan geboren en woont iets meer dan dertig jaar in Montréal. Ze schrijft haar boeken in het Frans.
Ajisaï is het verhaal van Shôta, een jonge Japanse student die geïnteresseerd is in literatuur. Hij twijfelt of hij nu universitair docent wil worden of schrijver. Als zijn vader plotseling failliet gaat – niemand in de familie heeft de wat wereldvreemde Shôta ooit verteld dat er iets mis was – moet hij verhuizen, en hij kan terecht als housesitter bij het echtpaar Oda. De vrouw, Sumiko, is best jong en heel aantrekkelijk. Ze krijgen een relatie. De vrouw vertelt hem eerst dat meneer Oda al lang vreemdgaat, en dat ze daarom gaan scheiden. Daarna bekent ze Shôta dat ze hem als housesitter wilde omdat hij zo leek op een vriend van Oda op wie ze heimelijk verliefd was.
Kan het zoeter? Kan het Japanser?
Als je niet wist dat Aki Shimazaki een vrouw was, was het verhaal onacceptabel. Het is helemaal een mannenboek, verteld vanuit de man. Zelfs Sumiko komt nauwelijks uit de verf, we komen nauwelijks meer over haar te weten dan dat ze heel aantrekkelijk is, en dat ze dus zelf kennelijk vrij makkelijk verliefd raakt. De schrijver ziet alleen de mannen. Maar dat wordt interessanter als je weet dat die schrijver een vrouw is.
Als je niet wist dat Aki Shimazaki zelf een Japanse was, zou je denken dat het allemaal wel heel oriëntalistisch was. Iedereen werkt de hele dag keihard, gevoelens worden vooral verstopt, er is overal onzekerheid over de toekomst. Zoiets kun je geloof ik niet maken als Canadese romanschrijver, maar Shimazaki zet het zo neer, in een boek met op de kaft lichtroze hortensia's.
De clichés vliegen je de hele tijd om de oren. Sumiko komt voor het eerst een keer 's avonds bij Shôta, hun eerdere, kuis beschreven seksuele, ontmoetingen waren altijd overdag. Dan besluit Sumiko ook de nacht te blijven:
- Shôta-kun?- Oui?
Elle me fixe. Je frémis sous son regard fiévreux. Je baisse la tête. Elle reprend:- J'ai changé d'idée. Je préfère passer du temps avec vous qu'avec mes collèques. Puis-je?- Je vous en prie, madame!Une seconde après, elle appelle quelqu'un sur son portable.- C'est Sumiko. Désolée, j'ai une affaire urgente chez moi.
Zulke passages kunnen natuurlijk helemaal niet. Maar Shimazaki komt er wat mij betreft mee weg: ik heb Ajisaï in één adem uitgelezen, dol op de ongegeneerde romantiek van de onmogelijke liefde.
Reacties