Posts

Posts uit 2018 tonen

Aafke Romeijn. Concept M. Amsterdam: Arbeiderspers, 2018.

Afbeelding
Hava leeft in een wereld die de onze is, maar dan nét een beetje verschoven. Het is geen 2018, maar 2020 en bovendien zijn er sinds de jaren 90 hier in Nederland een paar dingen net een beetje anders gelopen. Een politieke partij heeft bijna de absolute macht gekregen en een ziekte houdt het land ook al tijden in de greep: kleurloosheid. Er worden steeds meer kinderen geboren die lijden aan die ziekte, die de samenleving handen vol geld kost, omdat de kleurlozen voortdurend een heel duur kleurmiddel nodig hebben. Radicaal-rechtse jongeren willen daarom af van al die kleurlozen, die de samenleving ontwrichten. Hava is één van hen én ze is zelf kleurloos. Bij zo'n het-had-ook-zo-kunnen-gaan-verhaal doet zich altijd de vraag voor: waarom vertelt iemand dit? Waarom spiegelt iemand ons een wereld voor die lijkt op de onze, maar die net een beetje anders is? Waarom geen ongebreidelde fantasie, of juist een realistisch beeld, maar iets ertussen in? Je kunt het bijna niet lezen zonde

Maarten 't Hart. Johann Sebastian Bach. Amsterdam: Arbeiderspers, 2018.

Afbeelding
Maarten 't Hart weet enorm veel, onder andere over Bach, en Johann Sebastian Bach  is daar een uitstalkast van. Het begint heel curieus: met een vergelijking van de manier waarop tal van Bach-biografen het eerste incident beschrijven dat we kennen: dat Bach was uitgevaren tegen een fagottist, deze een Zippelfagottist  noemde, en dat de fagottist hem later een pak rammel heeft willen geven. Ik probeer nu de neutrale versie op te schrijven, maar door biografen is deze op allerlei manieren ingekleurd. Dat is op zich een aardig gegeven, maar voor de aardigheid alleen werkt 't Hart het te veel uit. Het blijft maar doorgaan, steeds weer een andere, Queneauesque uitweiding over die Zippelfagottist.  Terwijl al die biografische fragmenten nu ook weer niet zo interessant zijn. Het probleem van de biografie over een groot componist wordt door 't Hart zo wel erg uitgekauwd: we kunnen er eigenlijk niks over zeggen, we weten niet, en wat we wel weten lost het raadsel van de muziek

Martijn Neggers. Spoetnik. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar, 2018

Afbeelding
Als Spoetnik  van Martijn Neggers zich niet in Helmond had afgespeeld, maar in Parijs, was het een heel geloofwaardige hedendaagse Franse roman geweest – het verhaal van iemand die binnen de kortste keren volkomen vereenzaamt. Hij heeft zich in Helmond gevestigd omdat hij er een baan kon krijgen als leraar maatschappijleer, maar binnen de kortste keren blijkt dat hij de hem toegewezen klassen niet aankan en erger, dat die klassen hem zelf verwijten dat hij hen niet aankan. Ook zijn buren zijn kwaad op hem omdat hij de straatprijs van de Postcodeloterij in zijn eentje heeft gewonnen en het geld meteen heeft gebruikt om zijn hypotheek deels af te lossen, terwijl zij meenden recht te hebben op die prijs. Dus trekt hij zich terug in zijn woning, met de gordijnen dicht, drinkt bier, maakt legpuzzels en fietst op zijn hometrainer. Spoetnik  is een boek over de totale zinloosheid van het bestaan. Normale relaties zijn niet mogelijk, er is eigenlijk niets wat je zou kunnen doen en dat oo

Ellen de Bruin. Onder het ijs. Amsterdam: Prometheus, 2018.

Afbeelding
Een boek waarin een senior-communicatiemedewerker de loser is, dat is natuurlijk altijd goed! Onder het ijs  is een roman die gaat over klimaat, over wetenschap en over persoonlijke verhoudingen en die in dat opzicht enigszins vergelijkbaar is met Het omgekeerde van een mens  van Lieke Marsman. Maar daarmee houden de vergelijkingen wel snel op. Qua structuur – De Bruins boek is veel meer een traditionele roman. Qua stijl – De Bruin is duidelijk wat journalistieker en wat minder poëtisch. En zelfs qua thematiek – het klimaat speelt bij De Bruin slechts een bijrol en sowieso worden de verschillende inhoudelijke lijnen, bijvoorbeeld de persoonlijke en de wetenschappelijke minder op elkaar betrokken. Hét thema van De Bruin is communicatie. Haar hoofdpersoon is er niet erg goed in – ze zit nogal in zichzelf opgesloten en communiceert met haar minnaar door tekeningetjes van cassettebandjes uit te wisselen, en dit alles zonder dat ze zelfs weet dat de man haar minnaar is. Hij heeft haar

Wim Hazeu. Lucebert, Biografie. Amsterdam: De Bezige Bij, 2017

Wim Hazeu is een fijne biograaf als je kortstondige maar heftige aandacht wil na je dood. Aandacht die je dan wel met je biograaf delen moet. Wanneer hij zijn boek geschreven heeft, trekt hij als een storm door de media, want hij kan heel goed geïnterviewd worden. Hij doet precies wat journalisten willen: over zichzelf vertellen, dat hij eigenlijk ook een dichter is, en dat hij vroeger tv-programma’s maakte en hoe hij reageerde toen hij een jaar geleden ontdekte dat je je in brieven antisemitisch hebt uitgelaten terwijl hij zijn boek eigenlijk net had afgerond. Dat zijn verhalen waar journalisten van smullen. De ontdekking krijgt daardoor de dynamiek van een mediagebeurtenis. Snelle emoties, hapklare conclusies. En nu, een paar dagen, later ebt het alweer weg. Ook het boek  Lucebert  draagt de sporen van grote haast om naar buiten te komen met dit pijnlijke, maar onmiskenbaar spectaculaire verhaal.  In de interviews vertelde Hazeu dat hij zijn boek heeft herschreven sinds hij de b

Arjen van Veelen. Aantekeningen over het verplaatsen van obelisken. Amsterdam: De Bezige Bij, 2017

Afbeelding
Wat zijn genres toch ellendige dingen. Aantekeningen over het verplaatsen van obelisken  is een van de interessantste boeken die het afgelopen jaar verscheen, maar ik vermoed dat er betrekkelijk weinig kans is dat het een prijs krijgt, omdat prijzen nu eenmaal gaan naar romans. En het is wel ongeveer een roman, maar niet helemaal. Wanneer alle aandacht in de literaire cultuur was uitgegaan naar essays, had dat predicaat waarschijnlijk op de omslag gestaan. Aantekeningen  is in veel opzichten een essay in de ware, Montaigneske, betekenis van het woord: een zelfonderzoek. Van Veelen beschrijft zijn zeer intense vriendschap met Thomas Blondeau, de manier waarop hij de plotselinge dood van zijn vriend moest verwerken, en hij vlecht er beschouwingen in over onder andere Alexander de Grote, de manier waarop er in Alexandrië met Alexanders nagedachtenis wordt omgegaan, en Kavafis. Voor alles is het een gedachtegang over wat het over Van Veelen zegt dat hij zo door déze vriend heeft laten

Jacob Israël de Haan. Liederen. Amsterdam: Van Kampen & zn, 1917.

Afbeelding
Weinig Nederlandse dichters hebben de onrust van het jaar 1917 zo beeldend onder woorden gebracht als Jacob Israël de Haan (1881-1924) in zijn bundel Liederen . Dat kon ook bijna niet anders, want die onrust zat ook in hemzelf, een man die voortdurend op reis was, zowel in letterlijke als in figuurlijke zin. Eerder had hij al opzien gebaard met de expliciet homoseksuele romans Pijpelijntjes en Pathologieën . Een paar jaar na verschijning van Liederen zou hij als zionist vertrekken naar Palestina om er uiteindelijk als orthodoxe jood te worden neergeschoten. Al die thema’s zitten in Liederen , en nog meer. Het is een bundel die alleen in 1917 geschreven had kunnen worden. Hij begint met een aantal liederen die gewijd zijn aan de gruwelen van de Eerste Wereldoorlog; daarna volgen een aantal gedichten gericht ‘aan Russische vrienden’: rond 1913 was De Haan zich hard gaan maken voor de (vaak socialistische) politieke gevangenen in Russische gevangenissen; hierna volgen nog veel and

Daniel Kehlmann. Tyll. Rowohlt, 2017.

Afbeelding
Waarom Tijl Uilenspiegel een belangrijke rol speelt in dit boek vind ik makkelijker te verklaren dan waarom het ook naar hem genoemd is. Tyll  is wat mij betreft vooral een boek over de enorme puinhoop die het is op deze wereld, hoe vreselijk de mensen zijn tegen elkaar, hoe waanwijs, hoe weinig mensen willen toegeven dat ze ook maar in het duister tasten, en dat alles dan verbeeld in een van de gruwelijkste perioden in de Duitse geschiedenis, die van de Dertigjarige oorlog. Tijl Uilenspiegel past daar, als pestkop, als man die een ezel kan laten praten (die ezel is een van de mooiste personages in dit boek en een van de beste bijpersonages ooit), als msyterieus middelpunt, goed in. Dat hij eigenlijk een middeleeuws personage is, komt ook nog goed uit: zo voel je hoe die middeleeuwen ook nog in de 17e eeuw doorwerkten. Maar hoezo het boek naar hem genoemd zou zijn, is me niet helemaal duidelijk. Zoals de meeste van Kehlmanns boeken die ik gelezen heb, bestaat Tyll  feitelijk uit

E.H. Whinfield. Tales from Rumi. Essential Selections from the Mathnawi. Watkins, 2014.

Afbeelding
De menselijke geest is rijk genoeg dat groepen mensen een cultureel systeem kunnen bedenken die voor anderen altijd ontoegankelijk zullen blijven. Het soefisme, daar zal ik bijvoorbeeld nooit bij kunnen. Dit boekje, Tales from Rumi,  geeft een selectie in het Engels, en zal dus bedoeld zijn voor mensen zoals ik, mensen die niet in de traditie zitten. Maar het is voor mij allemaal abacadabra, ik begrijp de portee niet van de verhalen, ik begrijp niet waarom die verhalen verteld worden, ik zie niet wat ik moet met de Mathnawi,  dat toch een van de hoogtepunten schijnt te zijn van de menselijke beschaving. Dat ligt natuurlijk niet aan Rumi. Het ligt misschien voor een deel aan mij, hoewel ik echt alleen maar kan zeggen dat ik in de loop der tijd mijn best heb gedaan om verder door te dringen. Regelmatig heb ik dit boekje in de afgelopen jaren ter hand genomen, steeds heb ik het echt geprobeerd. Het zou eventueel aan de samensteller en vertaler kunnen liggen, aan meneer Whinfield,

Mieke Koenen. Dwars tegen de keer. Leven en werk van Ida Gerhardt. Amsterdam: Athenaeum, 2014.

Afbeelding
Er zijn allerlei zaken die je je kunt afvragen over Ida Gerhardt. Waar had zij haar verpletterende talent vandaan, net als haar zus Truus? Geloofde ze écht dat ze als dichteres een ziener was, die werkte voor haar vaderland? Wat was nu precies haar relatie met haar vriendin Marie? Op de meeste van die vragen vind je geen antwoord in deze biografie en dat is omdat je de vragen wel kunt stellen maar niet beantwoorden. En speculatie over zulke vragen dus onzin zou kunnen zijn. Dwars tegen de keer  is echt een modelbiografie. De hele tijd denkt de lezer, als die Gerhardts werk tenminste een beetje kent: oh, zit dat zo! Want voor een schrijfster die zo gekant was tegen al te veel openhartigheid leunt een opvallend deel van het werk feitelijk op biografische informatie – en dan heus niet alleen over haar problematische relatie met haar moeder. De hele tijd komt de lezer meer te weten over deze vrouw – wat er in haar te bewonderen is en waarover je je wenkbrauwen kunt optrekken, want Koen

Désanne van Brederode. Als stilte steekt. Het effect van collectief zwijgen over misstanden en wandaden. Amsterdam: Querido, 2017.

In Als stilte steekt wil Désanne van Brederode vertellen over de gemeenschap van vluchtelingen uit Syrië, zoals die zich inmiddels in Nederland gevormd heeft, en zij probeert vooral inzichtelijk te maken hoe vreselijk de situatie was waarin zij verkeerden toen zij moesten vluchten. Haar betoog is politiek Het beschrijft vooral de gruwelen van het regime Assad en in iets mindere mate van de islamistische terreur die dat regime heeft opgeroepen.  De titel van het boek verwijst naar een essay dat de schrijfster in 1998 publiceerde: Stiller leven , waarin ze opriep tot een meer teruggetrokken, een contemplatiever leven. In Als stilte steekt beschrijft ze waarom je soms van die stilte moet afzien. Als er zulke gruwelijke dingen gebeuren als in Syrië, is het onmenselijk om te zwijgen. Nog niet eens alleen maar omdat je door te spreken iets zou kunnen veranderen aan die gruwelen, maar omdat de Syriërs die hier zijn behoefte hebben aan steun, aan begrip, aan mensen die niet stil zijn, maa

Tom Lanoye. Zuivering. Amsterdam: Prometheus, 2017.

Gideon Rotier maakt overdag de huizen van zelfmoordenaars schoon, en van mensen die zichzelf en hun  omgeving extreem hebben verwaarloosd en luistert dan 's avonds naar Spotify Classical terwijl hij Franse dichters leest. Hij spreekt niet graag, want hij spreekt niet goed. Hij is kortom, een personage uit een groteske. Een groteske die zich ineens in onze tijd lijkt af te spelen, want er komt een vluchteling binnen uit een land dat op Syrië lijkt, al wordt die naam niet genoemd. Youssef. En er worden in België allerlei terroristische aanslagen gepleegd die Gideon en zijn nieuwe vriend moeten opruimen. Behalve dat het tóch een groteske is, want er worden wel ineens heel veel aanslagen gepleegd, en hele gruwelijk goed gelukte. En Youssef blijkt uit het niets een gezin te hebben, dat hij naar Gideons huis haalt om hen allen vervolgens te verlaten, op weg naar een beter onderkomen in Brazilië of Mexico. De tijden waarin we leven zijn af en toe behoorlijk grotesk, maar Zuivering