Posts

Posts uit augustus, 2007 tonen

Emily Brontë. Wuthering Heights. London: Penguin, 1983 (1847),

Afbeelding
Beroemde boeken die je nog nooit gelezen hebt, daar kun je rare beelden van hebben. Ik wist dat Wuthering Heights een gepassioneerde romantische liefde beschreef, maar ik dacht altijd dat we het dan hadden over twee gelieven die elkaar door o zulke rottige omstandigheden — de milieus lagen elkaar niet, het water was veel te diep — niet konden krijgen. Tot deze week. Dit gaat inderdaad over een grote liefde, maar wel tussen een die zo vurig is, dat het ene slachtoffer na het andere vallen moet, een liefdesgeschiedenis op de rand van horror. Hoera! Emily Brontë had een groot talent voor het beschrijven van pubers. Er zijn er nogal veel in het boek, eigenlijk is bijna iedereen op het moment dat hij een belangrijke rol te spelen heeft in de puberleeftijd en vertoont puberachtig gedrag. Op zeker moment wil de jonge Cathy ineens steeds naar haar nog jongere 'geliefde' Linton toe, ook als haar vader en haar huishoudster Ellen Dean, haar met rationele argumenten proberen te overtuige

Piet Gerbrandy. Het feest van Saturnus. De literatuur van het heidense Rome. Amsterdam: Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2007.

Afbeelding
Waarom zou je literatuurgeschiedenissen lezen? Zo'n overzicht van allerlei goede en slechte schrijvers die niet meer met elkaar gemeen hebben dan dat ze in een bepaald gebied woonden en een bepaalde taal spraken, wat heb je er eigenlijk aan? Aan deze geschiedenis van de 'heidense' Latijnse letteren ben ik vooral begonnen omdat ik geïnteresseerd ben in de schrijver ervan, Piet Gerbrandy, van wie ik de afgelopen jaren de dichtbundels De zwijgende man is niet bitter , Krang en zing en Drievuldig, feilloos, vals met plezier en bewondering gelezen heb. Mijn gevoel is dat Gerbrandy de Nederlandse dichter is die het meest door de Latijnse poëzie beïnvloed is, niet doordat hij Sapfische oden is gaan schrijven, maar doordat hij het 'weerbarstige' van het Nederlands zo mooi maakt als Horatius heeft gedaan met het 'weerbarstige' Latijn — dat woord 'weerbarstig' gebruikt hij ook inderdaad in deze literatuurgeschiedenis. Interessant aan Het feest van Saturnus

Dante Alighieri. De goddelijke komedie. Amsterdam: Wereldbibliotheek, 1980 (1321).

Afbeelding
Sommige boeken zijn zo belangrijk dat ze gratis zijn. De tekst van Dantes Goddelijke Komedie kun je in allerlei talen op het internet vinden, ook in een voorgelezen vorm. Ik heb besloten hem te beluisteren zoals hij in de jaren tachtig door de Amsterdamse lerares Nederlands en Geschiedenis Toetje Butzelaar is voorgelezen. Dat audioboek kun je gratis downloaden van de website van de VPRO (waarbij je dan voor lief moet nemen dat bij de digitalisering wat kleinigheden mis zijn gegaan). Ik weet niet of ik kan zeggen dat ik echt genoten heb van de Komedie. Daarvoor is de wereld van Dante me toch te vreemd, en misschien de voordracht van Butzelaar toch ook iets te afstandelijk. Ik heb er wel veel van geleerd, vooral omdat ik ook commentaar in gesproken vorm gedownload heb. Ik volg al een tijdje een podcast van de Amerikaanse filosoof Hubert Dreyfus (Berkeley), die me veel dingen heeft duidelijk gemaakt over dit enorme boek (en eerder over de Odyssee en de Aeneis ). Bijvoorbeeld dat het e

Anton Tsjechov. Verhalen. Amsterdam: L.J. Veen, 1993.

Afbeelding
Wat is een Russische schrijver? Dat is iemand die alle personen, zelfs degenen die in het verhaal toevallige voorbijgangers waren, toch nog even een typisch detail meegeeft. Tsjechov bijvoorbeeld. In het verhaal 'Grote Volodja en kleine Volodja' rijdt de hoofdpersoon met haar man (de grote Volodja), haar jeugdvriend (de kleine Volodja) en haar nichtje in een trojka. Dat nichtje doet er voor de voortgang van het verhaal nauwelijks toe, maar ze wordt wel even neergezet: [...] al over de dertig, heel bleek, met donkere wenkbrauwen, een pince-nez, aan een stuk door sigaretten rokend, zelfs bij de strengste vorst, altijd lag er as op haar borst en haar knieën. Ze sprak door haar neus, waarbij ze ieder woord langgerekt uitsprak, was koel, kon onbeperkt likeur en cognac drinken zonder dronken te worden, en vertelde op een matte, smakeloze manier dubbelzinnige grappen. Thuis las ze de hele dag dikke tijdschriften, waar ze as op liet vallen, of at bevroren appels. Bijna onmiddellijk ve

Honoré de Balzac. Le père Goriot. Paris: Gallimard, 1972 (1835)

Afbeelding
Vadertje Goriot houdt alleen maar van zijn dochters. Hij is rijk geworden door vermicelli te verkopen in de tijd van de Franse Revolutie; zo rijk dat hij zijn dochters een goede bruidschat mee kon geven, en zij dus rijk konden trouwen. Maar nu mogen zijn dochters hem van hun echtgenoten niet meer spreken, en zelf doen ze er ook niet veel pogingen meer toe. Zelfs als hij op zijn sterfbed ligt, komen ze niet meer langs. De enige die zich nog om hem bekommert, is Eugène de Rastignac, een student die bij Goriot in huis woont en de minnaar is van een van de dochters. Tijdens het lezen vroeg ik me herhaaldelijk of waarom er geen grote opera gemaakt is van Le père Goriot . Het verhaal heeft er alle potentie voor, en vooral zijn alle personages enorm dramatische personen, die halsoverkop verliefd worden, dood neerstorten, of eensklaps volkomen in de war raken en beginnen te raaskallen. De aria's staan al in proza op papier. Zonder muziek — en misschien zonder dat je de andere delen van Ba

Jodi Picoult. The Tenth Circle. London: Hodder, 2006.

Afbeelding
Daniel en Laura Stone hebben een vreedzaam gezin: hij is een redelijk succesvol striptekenaar, zij geeft een populair college over Dante. Samen hebben ze een lief dochtertje, dat ze Trixie hebben genoemd, naar Beatrice. Alles is pais en vree, totdat de veertienjarige Trixie huilend thuiskomt om te vertellen dat haar ex-vriendje haar verkracht heeft. Dat zijn de ingrediënten voor het boek The Tenth Circle van Jodie Picoult, een schrijfster die ieder jaar een spannend boek schrijft naar aanleiding van een actueel thema — haar laatste gaat over een schietpartij op een middelbare school — en die daarmee een zekere populariteit heeft verworven; ook onder mensen om mij heen. Voor mij draagt het boek te duidelijk de kentekenen van een formule om me mee te slepen: een mix van een actueel probleem (in dit geval de verwilderende zeden der Amerikaanse jeugd), diep menselijke zorgen en zaken waar je wat van kunt opsteken — je leert wat over Dante, over DNA, over het Yupik en over Alaska. Het is

Robert Musil. Der Mann ohne Eigenschaften. Hamburg: Rowohlt Verlag, 1960 (1930/1933/1952).

Afbeelding
Bijna een maand ben ik ondergedompeld geweest in één boek, het gigantische werk van Robert Musil. Ik heb de editie van 1952 gelezen — dat wil zeggen dat nog niet alle later teruggevonden fragmenten erin verwerkt waren. Toch waren het nog bijna 1600 bladzijden, die ik gelezen heb in de botanische tuin bij mijn huis en tijdens mijn vakantie in Toscane. Een Duitse vriend van me vertelde me dat hij het boek als tiener had gelezen en er helemaal in een filosofische roes van was geraakt. Hij wilde het daarom niet meer lezen — die roes was zo beangstigend geweest. Een Nederlandse vriend had het boek recenter gelezen en was er ondersteboven van geraakt, ook in een filosofische roes. Die roes heb ik maar zelden gevoeld, maar het boek is een maand lang mijn metgezel geweest, heeft me aan het denken gezet en doen lachen. Waarover gaat de Mann ohne Eigenschaften ? Alle samenvattingen die ik ervan gelezen of gehoord heb, lijken me fout. Hier is mijn eigen poging. Ulrich is de man zonder eigenschapp

Wilfred Berghahn. Robert Musil in Selbstzeugnissen und Bilddokumenten. Hamburg: Rowohlt, 1972.

Afbeelding
Dit boekje heb ik parallel gelezen aan Musils Mann ohne Eigenschaften . Het bestaat uit vakkundig aan elkaar geschreven autobiografische fragmenten en foto's. Ik heb een hele serie van dit soort boekjes, uit de erfenis van mijn grootvader, die in 1991 overleed. Mijn exemplaar van de Mann was trouwens ook van mijn grootvader. Ik weet niet zeker of hij ver gekomen is: in ieder geval heeft hij op de eerste 120 pagina's aantekeningen gemaakt, en is hij er snel daarna mee opgehouden, al zitten er op latere pagina's nog wel wat vlekjes. Nou ja, genoeg autobiografie. Het viel me op dat al die biografische details over Musil eigenlijk weinig bijdragen aan het plezier dat ik beleefde aan de Mann — terwijl dat toch een heel persoonlijk boek is. Dat persoonlijke zit waarschijnlijk niet zo in al die wederwaardigheden van een avontuur zonder ook al te veel avonturen. Het zat in meneer Musils hoofd. Jawel.