Posts

Het evangelie van Mattheüs. (NBV21)

Afbeelding
  De Nieuwe Bijbelvertaling 2021 moet natuurlijk wel gelezen worden. Het is een prettig leesbare vertaling. Ik besloot om het Nieuwe Testament erin te lezen, dat ik minder goed ken dan het Oude. Om te beginnen het evangelie van Mattheüs waarvan ik een deel in het Duits uit mijn hoofd ken, vanwege Bach, maar grote delen ook niet. Jezus is een onruststoker, in dit evangelie. Het is duidelijk dat hij iemand is die de gevestigde religieuze orde tergt, en alles helemaal anders wil. Wat hij inhoudelijk dan precies allemaal anders wil is niet eens zo makkelijk te zeggen, en toch ook weer wel: hij wil weg van sociale structuren, hij wil dat ieder mens individueel hem volgt, en wel tot in het extreme. Godsdienst is een individuele keuze, niet langer een kwestie van voortbouwen op wat eerdere generaties gebouwd is – hoewel Mattheüs tegelijkertijd de hele tijd naar de profeten verwijst om te bewijzen dat Jezus echt de Messias is.  De individuele keuze moet wel meteen radicaal zijn. Het gaat niet

Godfried Bomans. In alle ernst. De keuze van Joost Prinsen. Meulenhoff, 2021

Afbeelding
  Joost Prinsen suggereert, nee, zegt  in zijn inleiding bij deze keuze van beschouwingen van Godfried Bomans dat dit de definitieve selectie van stukken van Godfried Bomans is. Iedereen die zijn taak even serieus zou nemen, zou met de selectie komen. Ik weet niet of dat een grapje is, maar het is in ieder geval onzin. En toch is de keuze van Prinsen een heel goede. Hij heeft gekozen voor de stukken waar Bomans wat minder de pleaser  probeerde uit te hangen, de wat ernstiger stukken, de essays. Het is misschien waar dat je juist daar de stijl beter kunt zien al moet ik toegeven dat ik in zo'n selectie toch ook wel wat van de heel komische stukken zou toevoegen. Maar dat kan natuurlijk niet, want dan zou mijn selectie anders zijn geweest. Maar beter dan zijn stijl was Bomans in zijn psychologisch inzicht. Het fraaiste stuk is dat waar hij de relatie beschrijft tussen de in zijn tijd waanzinnig populaire schrijver Charles Dickens – Bomans was een groot fan van hem – en de veel minder

Rob van Essen. Miniapolis. Atlas Contact, 2021

Afbeelding
  Miniapolis  is de overtreffende trap van een road movie. De drie hoofdpersonen, waarvan er twee alleen een achternaam hebben (Wildervanck en Scherpenzeel) en één alleen een voornaam (Jonathan) gaan eerst te voet, dan per fiets en uiteindelijk in een vliegtuigje, dat bestuurd wordt door het enige personage met een voor- én een achternaam, Charlie Quarles. Totdat dit vliegtuigje uit elkaar valt, en de personages allemaal op eigen kracht met onbekende bestemming wegvliegen. Terwijl ze eigenlijk net thuis gekomen zijn. Er is geen schrijver zoals Rob van Essen. Een schrijver die laat zien wat een verhaal vertellen is – alles kan in een verhaal, en toch weer niet. De personages maken allemaal ongelooflijke dingen mee, en ze geloven elkaar dan ook niet of nauwelijks als ze die ongelooflijke dingen aan elkaar vertellen. Wat de ander vertelt kan niet waar zijn, terwijl op de keper beschouwd hun eigen verhaal even ongelooflijk is. Het is meer zo dat de ongelooflijkheid van iemand anders er nie

Charles Seife. Hawking, Hawking. The Selling of a Scientific Celebrity.

Afbeelding
Iemand vertelde Stephen Hawking (1942-2018) ooit dat er een overeenkomst was tussen de beroemde Britse natuurkundige en Marilyn Monroe. Wat was dat dan, vroeg Hawking via zijn computersysteem. "Jullie zijn beiden bang dat je meer gewaardeerd wordt om je lichaam dan om je verstand." Hawking vond het eerst geen leuk grapje, maar moest uiteindelijk toegeven dat er iets in zat. Hij was wereldberoemd, hij was hét icoon van de wetenschap, maar hij leek die beroemdheid voor een groot deel te danken aan de mythe van de man in de rolstoel die vrijwel niets meer kon bewegen, die dus via een computerstem moest praten, maar die desalniettemin raadsels van het universum wist te ontsluieren. In de biografie Hawking Hawking zet de wetenschapsjournalist Charles Seife de mythe en de mens scherp tegenover elkaar. Vooral de laatste decennia, zeker in de eenentwintigste eeuw, heerste de mythe: het genie dat de lichamelijke beperkingen wist te overstijgen, terwijl tegelijkertijd de bela

Chimamanda Ngozi Adichie. Americanah. Alfred A. Knopf, 2013

Afbeelding
Ergens in de rijke roman Americanah  klaagt een personage over het feit dat mensen als je een roman leest vragen waar het over gaat. Alsof een roman altijd over maar één ding gaat! Americanah  gaat zeker niet over maar één ding. Het is het verhaal van twee jonge Nigerianen, een vrouw en een man, waarvan de eerste een aantal jaar naar Amerika gaat en de ander een aantal jaar naar Engeland. Ze blijven aan elkaar denken en als ze eenmaal beiden terug zijn in Lagos krijgen ze een verhouding. Maar dat is alleen maar – heel, heel kort – het verhaal en ik geloof niet dat het daar over 'gaat'. Je zou misschien kunnen zeggen dat het over racisme gaat, want daarover wordt veel gepraat en gedacht: het diepgewortelde racisme in Amerika, het wat ontspannener maar nog altijd aanwezige racisme in Engeland, de afwezigheid ervan in Nigeria. Ifemelu, de vrouw, schrijft er haar blogs over, verschillende mensen kijken er verschillend tegenaan. Het boek bevat er satirische beschouwingen over, bijvo

Douglas Adams. The Hitchhiker's Guide to the Galaxy. Random House, 2014.

Afbeelding
  Het is, zie ik , bijna 19 jaar geleden, sinds ik The hitchhiker's guide to the galaxy  las. Wat stond ik er, blijkens mijn aantekeningen, toen boven! Ik heb nu naar de audioversie met Stephen Fry geluisterd, en wat me nu vooral opviel is: wat voor een klassieker dit boek is. Misschien is het dat ondertussen meer geworden dan het indertijd was, maar bijna iedere passage – van de horreurs van de Vogon-poëzie tot en met natuurlijk het antwoord op het mysterie van alles, 42 – hebben een plaats gevonden in de populaire cultuur. En toch is het fris en vrolijk, in ieder geval in de wijze waarop Stephen Fry het brengt in dit audioboek. Want wat is die man goed – het Engelse absurdisme komt er goed uit, ieder persoon heeft een eigen, en heel grappige stem zonder dat er iets geforceerd klinkt.  Het absurdisme in het verhaal zit uiteindelijk toch ook in het herkenbare: iemand kan twee hoofden hebben, of een manisch-depressieve robot zijn, uiteindelijk is het een gewone Engelsman. 

Heike Geißler. Saisonarbeit. Spector, 2014.

Afbeelding
  Een schrijfster in Leipzig kan niet rondkomen van haar schrijven en vertalen en besluit daarom in de kerstperiode een tijdje bij Amazon te werken, om te helpen alle kerstcadeautjes in te pakken. En die schrijfster bent u. Heike Geißler heeft de vraag of de ik in het verhaal nu samenvalt met haar zelf op te lossen door de hoofdpersoon aan te duiden met Sie.  Zo wordt de lezer zelf degene die zo lang de werkvloer opgaat tot ze opstandig wordt. Overigens komt er af en toe ook nog een ik  voorbij, die duidelijk maakt dat ze sommige dingen anders heeft gedaan dan hier beschreven. Zo is u  duidelijk wat minder op haar mondje gevallen dan ik , iets eerder in staat om tegen iemand te zeggen waar het op staat. Het Sie  heeft nog een functie, want een van de draden in het boek is dat men bij Amazon besloten heeft dat iedereen op de werkvloer elkaar aanduidt met Du,  als een teken van de 'platte hiërarchie' bij het bedrijf. Hoe plat die hiërarchie ook is, maakt Geißler duidelijk, feite