Posts

Posts uit mei, 2011 tonen

Jerry Fodor en Massimo Piattello-Palmarini. What Darwin Got Wrong. London: Profile Books, 2011 (2010).

Afbeelding
Sinds Darwin en zijn evolutietheorie telt de biologie mee als een échte 'harde' wetenschap. De evolutietheorie is bovendien, zeker in Amerika, dé testcase voor je wereldbeeld. De religieuze Amerikaan meent dat zij 'slechts een theorie' is, de verlichte Amerikaan weet dat zij als theorie bijna onwankelbaar is en door duizenden feiten wordt gestaafd. Dan komen daar ineens de bekende filosoof Jerry Fodor en de niet helemaal onbekende bioloog Massimo Piattelli-Palmarini die beweren dat er een gat zit in de theorie, en wel dat 'natuurlijke selectie' niets verklaart, dat het geen harde wet is en dat hij eigenlijk niet nodig is. Natuurlijk ontstaat er dan onmiddellijk een hoop gekrakeel. Ik heb ongeveer evenveel gelezen op het internet over het boek (bijna alleen slechte, en enorm woedende, recensies) als in het boek. Ik vraag me af of de toon over en weer niet overtrokken polemisch is. FPP (zoals veel recensenten de auteurs noemen en ik nu dus ook maar) voornaamste

Martin Bril. De kleine keizer. Verslag van een passie. Amsterdam: Prometheus, 2008.

Afbeelding
Over Napoleon weet ik maar heel weinig. Ik weet eigenlijk alleen dat hij groot enthousiasme teweeg wist te brengen bij allerlei grote mensen in de 19e eeuw, zoals Beethoven en Stendhal en bij allerlei personages in het werk van Tolstoj. En verder heb ik natuurlijk een vage notie van Elba, Waterloo en Sint Helena. Maar het fijne weet ik er nog steeds niet van. Dat geldt nog steeds nu ik Martin Brils boekje De kleine keizer gelezen heb. Bril vertelt her en der wel iets over het leven van Napoleon, maar de grote lijnen legt hij niet uit, misschien omdat hij die als bekend veronderstelt bij de lezer. Hij richt zich vooral op enkele details uit het leven — gedoe met minnaressen, de tuin die Napoleon in zijn laatste levensjaren op St Helena liet aanleggen — en vooral op wat er nu nog over is. De titel De kleine keizer is waarschijnlijk bewust dubbelzinnig. Niet alleen was Napoleon klein van gestalte, Bril richt zich bij voorkeur op de kleine aspecten van de grote man: de relatie van een A

Piet Paaltjens. Snikken en grimlachjes. Leiden: DBNL, 2010 (1867).

Afbeelding
Snikken en grimlachjes is voor mij misschien wel dé klassieker van de negentiende-eeuwse Nederlandse dichtkunst. Daar kwam ik achter toen ik het boek na waarschijnlijk enkele decennia weer eens las. Je kunt het zelfs bijna geen 'lezen' noemen: door een bundel heengaan die je bijna helemaal uit je hoofd kent, heeft nu eenmaal weinig gemeen met het bestuderen van een geheel nieuwe tekst. Het is moeilijk om de tekst eens als helemaal nieuw te bekijken, alle stof eraf te blazen van de twintig jaar dat ik op een verloren moment - terwijl ik in een rij sta te wachten, als ik niet slapen kan - voor mezelf zeg: "Wel menigmaal sprak de melkman / des ochtends tegen de meid: / 'De stoep is weer nat'. Ach, hij wist niet / dat er 's nachts op die stoep was geschreid." Zoiets lezen is meer een vorm van systematisch herinneren voor mij. Ik begon aan de bundel omdat hij sinds kort als e-boek verspreid wordt in de zogenoemde Eregalerij van de Nederlandstalige literatuur

Hubert Dreyfus and Sean Dorrance Kelly. All things shining. Reading the Western classics to find meaning in a secular age. New York [etc.]: Free Press, 2011.

Afbeelding
Hoe kun je betekenis geven aan je leven? Volgens de Amerikaanse wijsgeren Hubert Dreyfus en Sean Kelly kunnen mensen kennelijk niet zonder betekenis; en volgens diezelfde auteurs heeft de moderne mens het bijzonder moeilijk om niet in nihilisme te vervallen, het gevoel dat niets ertoe doet, dat er geen enkele reden is om het ene te verkiezen boven het andere. Als voorbeeld geven ze de schrijver David Foster Wallace, in de jaren negentig en de jaren nul de hoop van letterlievend Amerika, die wanhopig op zoek was naar betekenis tot hij een paar jaar geleden zelfmoord pleegde. Waar de betekenis dan wel te vinden is: in de klassieken van de literatuur, en dan met name in het werk van Homerus (vooral de Odyssee ) en in Moby Dick . We moeten niet op zoek naar één waarheid, één god, zo leren die werken ons, volgens Dreyfus en Kelly, maar we moeten leren om de veelvormigheid te accepteren, te leven in het moment, te genieten van gemoedsgesteldheden die ons in een collectief kunnen overkomen (

Nikos Kazantzakis. Report to Greco. London: faber&faber, z.j. (1961)

Afbeelding
Vertaling: P. A. Bien Kazantzakis is buiten Griekenland bijna vergeten. Wie is dat? Vroeg een toch geletterd iemand aan mij terwijl hij op de kaft van Verslag aan Greco wees. 'De schrijver van Zorba de Griek , zei ik. Maar de geletterde wist niet dat die film gemaakt was naar een boek. Toch zei Camus toen hij de Nobelprijs voor literatuur kreeg, dat Kazantzakis die prijs eigenlijk had verdiend. En daarin had Camus niet helemaal ongelijk: wat een schrijver is Kazantzakis, wat een denker en wat een zoeker. Verslag aan Greco is de autobiografie die alle andere autobiografieën overbodig maakt: een spirituele autobiografie zou je het noemen als het woord spiritualiteit niet zo besmet is gemaakt door gemakzuchtige gelovigen die niets hoeven zoeken omdat ze alles al weten. Kazantzakis doorleefde zijn levenslange zoektocht, die hem onder meer langs Christus, Nietzsche, Boeddha, Odysseus en Lenin voerde. In dit boek laat hij je voelen wat hem in al die leidsmannen aansprak en in de meest

Michael Coren. Why Catholics are right. Toronto: McClelland and Stewart, 2011

Ik weet zeker dat ik de enige ben in mijn hele kennissenkring die Why Catholics are right gelezen heeft. Ik vraag me zelfs af of er kennissen van kennissen zijn die het wel gelezen hebben. Ik zou het trouwens ook niemand aanraden. Ik las dit boekje omdat ik de laatste jaren laten we zeggen nogal veel in katholieke kringen verkeer. Ik wilde dus wel wat meer weten over wat dit geloof precies inhoudt, welke moderne argumenten je kunt geven om in onze huidige tijd katholiek te zijn. Ik kwam bedrogen uit. Why Catholics are right legt niet zozeer het geloof uit, maar is vooral een antwoord op allerlei kritiek die er de laatste jaren op de katholieke kerk geuit worden, variërend van het kindermisbruik via de positie van de paus tijdens de Tweede Wereldoorlog tot en met het standpunt over anticonceptie. Het is daarbij ook nog eens een overwegend aggressief antwoord, waarbij de motieven van degenen die dit soort vragen stellen bij voorbaat in twijfel getrokken worden. Hoewel het boek zogenaam

Joshua Foer. Moonwalking with Einstein. The Art and Science of Remembering Everything. New York: The Penguin Press, 2011.

Afbeelding
Zou Joshua Foer het boek Word Freak van Stefan Fatsis gelezen hebben? Ik wel (in 2002, toen ik nog niet van alle boeken die ik las verslag uitbracht) en Moonwalking with Einstein deed me er onweerstaanbaar aan denken. In Word Freak vertelt de sportjournalist Fatsis hoe hij een keer voor een artikel bij een Amerikaans kampioenschap Scrabble gaat kijken, wat een wonderlijke figuren er rondlopen, en hoe hij na veel trainen uiteindelijk zelf aan een competitie deelneemt. Het boek was een groot succes, ook bij mij, en werd uiteindelijk verfilmd. In Moonwalking with Einstein doet Foer verslag voor een tijdschrift over het Amerikaanse kampioenschap Memory Sport - waarbij mensen onder andere de volgorde van een spel kaarten in een halve minuut uit hun hoofd leren -, vertelt wat een curieuze figuren er in die wereld rondlopen, en hoe hij zelf uiteindelijk aan een competitie deelneemt, en wint. Foers boek is heel goed geschreven en in sommige opzichten misschien interessanter dan dat van Fa