Posts

Posts uit mei, 2014 tonen

Pieter Waterdrinker. De correspondent. Amsterdam: Prometheus, 2014.

Wanneer er in New York een blaadje van een boom valt, opent het Nederlandse 8-uurjournaal ermee. Van iedere gebeurtenis van enige omvang wordt uitgebreid verslag uitgebracht. Onlangs werd live  verslag gedaan van de herdenkingsdienst voor slachtoffers van de aanslag bij de marathon in Boston. Live ! Van een herdenkingsdienst! De rest van de wereld laat de mensen koud. Hoeveel lezen we over de bizarre, rijke wereld in het moderne Rusland? Hoeveel weten we over dat land? Pieter Waterdrinker woont al achttien jaar in dat land en doet in dit boek verslag van zijn belevenissen als correspondent voor verschillende Nederlandse media (die nooit met name genoemd worden) .  Het gaat daarbij meestal om de verhalen achter de krantenverslagen. Er is bijvoorbeeld een humoristisch verslag hoe hij met een winegums etende Duitse stagiaire in een taxi probeert Tbilisi te bereiken wanneer de spanningen tussen Rusland en Georgië zijn opgelopen, en een absurd detectiveverhaal waarin hij probeert te ach

Willem Frederik Hermans. Het behouden huis. Amsterdam: De Bezige Bij, 2012 (1952).

Het behouden huis:  het is oorlog, het is al heel lang oorlog, het is doodschieten of doodgeschoten worden. Dat alles is al meteen duidelijk vanaf de eerste bladzijde van deze roemruchte novelle van Willem Frederik Hermans. En zoals de dingen gaan: ik geloof dat ik alles gelezen heb van deze beroemde schrijver, maar deze beroemde novelle, misschien wel het beroemdste wat hij schreef, nou net niet. Het is een aangrijpend verhaal, een verhaal dat je beklemt doordat het je ertoe verleidt net zo opportunistisch te denken als de soldaat die de hoofdpersoon is. Heel lang kun je dat voor jezelf verantwoorden doordat die soldaat duidelijk aan de goede kant is: hij heeft immers aan het begin van het verhaal al meteen een hele serie vluchtende Duitsers doodgeschoten. Aan het einde van het verhaal zijn de rollen omgedraaid en blijkt hij – blijk jij, blijk ik – medeplichtig aan gruwelijker misdaden dan de Duitsers in het verhaal begaan. Wikipedia denkt  op gezag van allerlei vooraanstaande cri

Thomas Rosenboom. De rode loper. Amsterdam: Querido, 2012

In de laatste paar honderd bladzijden gebeurt het alsnog. Voor die tijd is De rode loper vooral een wat luchtig, af en toe zelfs kluchtig boek over een net iets te late hippie (in 1973 maakt hij de school af en besluit meteen in de wetenschap te gaan) die zijn hele leven blijft hangen in dat hippiedom; die eigenlijk nooit ergens iets mee bereikt en eindigt als een uitbater van een 'undergroundbioscoop' in Zevenaar, waar hij horrorfilms vertoont die hij van Cult Video in Amsterdam gehuurd heeft. Maar dan komt op het eind ineens Lena binnen. Lou, de hoofdpersoon, heeft dan al gemerkt dat hij iedere dag alleen zijn chili con carne zit te eten en dat dit eenzaam is. Hij heeft in zijn bioscoop een nieuw initiatief genomen, De rode loper: op zondagavond kunnen de mensen over een rode loper de bioscoop binnenlopen, terwijl buiten nepjournalisten hen staan te filmen en hun vragen toeschreeuwen. Binnen krijgen ze vervolgens de opname te zien die er buiten van ze gemaakt is. En daar do

David Van Reybrouck. Tegen verkiezingen. De Bezige Bij, 2013.

De politiek draait de laatste jaren aan de ene kant almaar om de gewone man, en soms zelfs om het volk , of nog sterker, het gewone volk.  Er wordt gesproken over een diplomademocratie, over een kloof tussen de hoger en de lager opgeleiden, over wantrouwen in de politiek, onbegrijpelijk wantrouwen. En al dat gepraat gebeurt door hoger opgeleiden, door intellectuelen terwijl de lager opgeleiden kennelijk niet veel beter weten te doen dan te stemmen op cynische schreeuwlelijken die niet veel beter weten te doen dan hen van de regen in de drup te helpen. Of thuis te blijven bij verkiezingen. Ook David Van Reybrouck is een intellectueel, maar hij komt met een interessante suggestie: dat het idee van een electorale democratie eigenlijk een tegenspraak is. Dat kiezen altijd betekent dat er een elite ontstaat, dat van de gekozenen, en dat het dus leidt tot een aristocratie. En dat het door de invoerders van de electorale democratie, zoals de voormannen van de Franse revolutie ook zo bedoeld

J.J. Abrams en Doug Dorst. S. Canongate, 2013.

S.  is waarschijnlijk het wonderlijkste én het meest vernuftig geconstrueerde boek dat ik ooit in handen heb gehad. Het bestaat uit een kartonnen doosje, waarin een bibliotheekexemplaar zit van het boek Ship of Theseus  van een zekere V.M. Straka. (Op het omslag zit een stickertje van de bibliotheek, in de binnenkant staat een lijst met stempeltjes wanneer de mensen die het leenden het moesten terugbrengen.) In het exemplaar staan, in verschillende kleuren geschreven, allerlei commentaren van twee literatuurstudenten, Jen en Eric, die op deze manier met elkaar corresponderen (ze zetten het boek steeds terug zodat de ander het kan ophalen). In het boek gestoken zitten allerlei briefjes, ansichtkaarten, een op een servet getekende kaart van de campus van de universiteit, enzovoort. Er lopen dan ook duizelingwekkend veel verhalen door mekaar heen. Er is dat boek van Straka, dat je op zich kan lezen en dan een wat wonderlijk avonturenverhaal vertelt over een man, S., die aan geheugenverl

Fik Meijer. Paulus. Een leven tussen Jeruzalem en Rome. Amsterdam: Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2013 (2012).

De apostel Paulus kan geloof ik buiten de kerk op weinig sympathie rekenen. Waar menig niet-christen nog wel zou erkennen dat Jezus van Nazareth een interessante, komaan, zelfs een inspirerende figuur was, zou je dat over Paulus niet durven zeggen. Paulus was een gelijkhebber, een drammer, iemand die voor onze tijd nare dingen zei over vrouwen en homoseksuelen, iemand die van de anarchistische beweging van Jezus een kerk maakte. Ik wist weinig over Paulus, en om daar verandering in aan te brengen heb ik dit boek gelezen. Fik Meijer is een oudheidkundige die in dit boek eigenlijk niet veel meer doet dan de Handelingen der Apostelen in zijn eigen woorden navertellen, met af en toe een verwijzing naar de brieven van Paulus, en nog zeldzamer naar andere bronnen. De voornaamste toevoeging zijn soms wel wat erg lange beschrijvingen van allerlei plaatsen waar Paulus is geweest, inclusief van hoe die plaatsen er nu uitzien.  Paulus  is vooral een reisgids voor wie om de een of andere reden

Doeschka Meijsing. Over de liefde. Amsterdam: Querido, 2007

Over de liefde  is het verhaal van een vrouw die voor de derde keer in haar leven door een geliefde verlaten wordt na een langere relatie; een vrouw die ook haar vader verliest, en die op een onverwachte manier in contact komt met de lerares op wie ze als tienermeisje heimelijk verliefd was. Het is een mijmering, een lange, mooie, melancholieke mijmering over de liefde. Allerlei vormen van liefde komen er in aan de orde – de homoseksuele en de heteroseksuele, die voor je familie en die voor je vrienden, die van het kind en die van de rijpere mens –, worden met elkaar vergeleken. Het is een boek als een mooie dag in de vroege herfst, met een zon die al wat lager komt te staan en een gevoel dat treurig is en daardoor prettig. Over de liefde  is een onvergetelijk boek. Doeschka Meijsing was misschien wel de eerste literaire auteur van wie ik zelf een boek had: een uitgave van Robinson, als Salamander.  Hoe kwam ik eraan? Ik weet het niet meer. Ik wist niet zo goed wat ik met het boek aa