Posts

Posts uit november, 2016 tonen

Jolande Withuis. Juliana. Vorstin in een mannenwereld. Amsterdam: De Bezige Bij, 2016.

Het is dat het deze week zo genadeloos uit de hand gelopen is met een presidentsverkiezing elders in de wereld. En het is dat ik al een republikein was. Maar anders was ik het deze week geworden, want ik heb de biografie van Koningin Juliana gelezen die Jolande Withuis onlangs publiceerde. Het is een heel knap boek, omdat iemand die, puur door de omstandigheden, zo'n bizar leven heeft geleid, en die in bijna alle opzichten heel andere normen en waarden had dan ik, toch zo invoelbaar wordt gemaakt.  Je snapt wat ze zag in de schurk en schuinsmarcheerder Bernhard. Je snapt waarom ze bij hem bleef terwijl hij haar vrijwel doorlopend vernederde. Je snapt waarom ze haar toevlucht nam tot de meest onbegrijpelijke I . En je kunt in zekere zin ook nog mededogen met haar hebben. Withuis maakt van Juliana een mens, juist door nadrukkelijk te laten zien dat ze verschillende kanten had, die helemaal niet altijd met elkaar in overeenstemming waren. Terwijl je tegelijkertijd ziet dat zo

Régis Jauffret. Cannibales. Paris: Seuil, 2016.

Hoe het geheugen werkt: toen ik las dat Régis Jauffret genomineerd was voor de Prix Goncourt van dit jaar, dacht ik dat ik toch maar eens een boek van hem moest lezen. Ik kon me vaag herinneren dat ik ooit een boek van hem gelezen had (voordat ik met dit dagboekje begon, dus heel lang geleden) dat me niet zo goed bevallen was. Maar het genomineerde boek, Cannibales,  klonk wel aantrekkelijk. Een vrouw begint een correspondentie met de moeder van haar ex. Ze kende die moeder eerder nauwelijks, en die vrouw is om begrijpelijke redenen ook wat afhoudend, maar na een aantal brieven nodigt ze de jonge vrouw uit. In dat weekeinde ontstaat een heel hechte relatie, die uitmondt in een gezamelijk plan om de man te doden. En de titel van het boek zegt genoeg over de verdere ontwikkeling. Ja, als kort verhaaltje klinkt het aantrekkelijk, maar het is net of Jauffret het schrijven verder maar als een invuloefening heeft beschouwd. De brieven blinken wat mij betreft niet uit in stijl, in psychol

Remco Campert. Compact. Amsterdam: Van Oorschot, 2016.

Nu Simon Carmiggelt, Annie M.G. Schmidt en Margo Minco aan de beurt waren geweest, mocht Remco Campert niet ontbreken in de serie Gedundrukt  van Van Oorschot, waarin ieder jaar kennelijk een 'meester van de korte baan' wordt geëerd. Helaas is de selectie, op verzoek van Campert gemaakt door zijn biograaf Mirjam van Hengel, nogal braaf uitgevallen. In de drie afdelingen, met gedichten, verhalen en columns, overheerst een licht melancholische toon en wordt vooral veel autobiografisch of quasi-autobiografisch teruggekeken op des schrijvers jonge jaren. (Althans, er gaat nogal veel over die jonge jaren. In technische zin wordt er natuurlijk niet altijd teruggekeken, omdat sommig werk in die jonge jaren geschreven is.) Er zijn verhaaltjes en gedichtjes over de kindertijd, over de jonge jaren, als jonge student. Misschien is het omdat Van Hengel met haar onderzoek voor haar eigen boek vooral die periode heeft afgedekt en dus dat deel van het oeuvre goed kent, maar mij ging het o