Piet Grijs. ... honderd. Ik kom! Amsterdam, Querido, 2013
Dertig jaar geleden las ik bijna alles wat Hugo Brandt Corstius schreef. Althans, mijn ouders hadden een abonnement op Vrij Nederland waarin hij onder allerlei namen schreef, net als in de NRC. (Hij schreef ook in de Volkskrant, maar die lazen we maar af en toe. Het is achteraf ongelooflijk hoeveel hij schreef.) Enfin, de stukken in dit boek heb ik allemaal gelezen, want dit boek heb ik indertijd gelezen, al kon ik me niet alles meer herinneren. Er staan een paar beroemde reeksen in. Tien stukken die hij tegen de criminoloog Buihuisen schreef, bijvoorbeeld, en de tien enthousiaste stukken over de poëziebloemlezing van Komrij. Daarnaast staan er stukken in die hij schreef als Jan Eter, als Battus, als Victor Baarn (een pseudoniem dat ook prins Bernhard had gebruikt) en als drs. G. van Buren (waarachter je makkelijk koningin Juliana kon vermoeden). Wat er precies van die 100 stukken overblijft, 30 jaar na data, is wel interessant. De stukken tegen Buikhuisen zijn inmi...