Toon Tellegen. De werkelijkheid Amsterdam: Em. Querido, 2014.
Ik ben bang dat ik uit Toon Tellegen gevallen ben. In het verleden was ik wel gecharmeerd van met name zijn gedichten, al heb ik ook wel wat van zijn dierenverhalen gelezen, en zijn verhalen over 2 oude vrouwtjes, en een roman over een opa uit Siberië of zoiets. Dat moet allemaal al een behoorlijke tijd geleden zijn, want in dit leeslog is niets van dat gecharmeerd zijn terecht gekomen. Het is dus ook al een behoorlijke tijd geleden dat ik iets van Tellegen las – en ofwel zijn werk heeft alle bekoring voor mij verloren, of deze bundel is minder dan de andere. Voor het laatste vind ik geen aanwijzingen, want in de recensies op het internet worden er allerlei kwaliteiten genoemd van het werk die mij vroeger ook aanspraken, denk ik: het licht absurde, het laconieke. Maar het zegt mij allemaal niets meer. Ik vind de toon vooral koket, ik vind het absurde wat gemakzuchtig. Het doet me een beetje denken aan het dichtwerk van Alfred Brendel, maar dat heeft als voordeel dat het nadrukkelij