Nikos Kazantzakis. Report to Greco. London: faber&faber, z.j. (1961)
Vertaling: P. A. Bien
Kazantzakis is buiten Griekenland bijna vergeten. Wie is dat? Vroeg een toch geletterd iemand aan mij terwijl hij op de kaft van Verslag aan Greco wees. 'De schrijver van Zorba de Griek, zei ik. Maar de geletterde wist niet dat die film gemaakt was naar een boek.
Toch zei Camus toen hij de Nobelprijs voor literatuur kreeg, dat Kazantzakis die prijs eigenlijk had verdiend. En daarin had Camus niet helemaal ongelijk: wat een schrijver is Kazantzakis, wat een denker en wat een zoeker.
Verslag aan Greco is de autobiografie die alle andere autobiografieën overbodig maakt: een spirituele autobiografie zou je het noemen als het woord spiritualiteit niet zo besmet is gemaakt door gemakzuchtige gelovigen die niets hoeven zoeken omdat ze alles al weten. Kazantzakis doorleefde zijn levenslange zoektocht, die hem onder meer langs Christus, Nietzsche, Boeddha, Odysseus en Lenin voerde. In dit boek laat hij je voelen wat hem in al die leidsmannen aansprak en in de meeste gevallen ook weer afstootte. Hij laat je voelen hoe groot het dilemma is bij de eeuwige keuze tussen lichaam, geest en ziel, en hoe dat dilemma zijzelf uiteindelijk oplost.
Interessant is onder veel, veel (veel, veel) meer hoe alle ideeën voor Kazantzakis lichaam moeten worden. Hij is niet geïnteresseerd in het boeddhisme, maar in Boeddha, niet in het communisme, maar in Lenin. Tegelijkertijd heeft hij naar eigen zeggen met mensen van vlees en bloed weinig op, en ze komen, afgezien van bijvoorbeeld zijn vader nauwelijks voor (zelfs bijvoorbeeld zijn vrouw niet). Ik vermoed dat hij zijn antisociale gedrag een beetje overdrijft: hij is zelfs ooit minister geweest en dat word je toch niet makkelijk als je volkomen mensenschuw bent. Maar het laat wel mooi zien hoe Kazantzakis in dit boek geen enkele inconsistentie schuwt.
Ook vervult hetnde lezer met eerbied, deze levenslange zoektocht; in ieder geval mij. Ik kan dan wel sneren naar luie gelovigen, ik ben zelf geen haar beter. Terwijl de mysterieën overal om mij heen zijn, ga ik gewoon naar mijn werk en doe of er niets aan de hand is. Hoe moet je leven? Ik heb geen idee, en doe maar wat. Wat ben ik blij dat in de vorige eeuw een Griek die zoektocht, de balngrijkste die je kunt maken, wel heeft gemaakt en er nuchter verslag van uitbrengt. En wat is het vreemd dat zo weinig mensen dat verslag nog lezen.
Reacties