Jonathan Haidt. The Happiness Hypothesis. Putting Ancient Wisdom to the Test of Modern Science. London: William Heineman, 2006.

Hoe moet je leven? Het antwoord op die vraag kan in onze wetenschappelijke tijd natuurlijk alleen komen van de wetenschap. Jonathan Haidt is een onderzoeker naar 'moraal' en 'moraliteit'. In dit boek zet hij uiteen wat er volgens de klassieke filosofen en volgens de moderne wetenschap nodig is: balans. Balans tussen de bewuste ratio bijvoorbeeld en het hele grote brok van onbewuste verlangens en gevoelens en gedachten dat eronder zit - het deel dat niet in de eerste plaats geluk op het oog heeft, maar overleven, het deel dat ons daarom laat streven naar materieel geluk waarmee we anderen de ogen kunnen uitsteken in plaats van naar vriendschap waar we zelf gelukkiger van kunnen worden.

Haidt zegt dat we van alles een beetje moeten proberen te nemen. Buddha had wel een beetje gelijk dat je je aan zo min mogelijk dingen moest hechten, maar hij sloeg door toen hij stelde dat je je nérgens aan mocht hechten: banden met vrienden zijn juist heel belangrijk.

De metafoor van de 'egoïstische genen' krijgt zo een nieuwe dimensie: de genen zorgen voor allerlei soorten gedrag waar zij misschien baat bij hebben, maar wij niet. De genen hebben er niets aan als wij gelukkig zijn: dood aan onze genen!

Een mooi boek. Nuchter en toch inspirerend: in balans.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.