Thomas Mann. Der Tod in Venedig. Frankfurt: Fischer, 2005 (1913).
Der Zauberberg of Dr. Faustus: ik ben eraan begonnen maar nooit verder gekomen dan laten we zeggen bladzijde 10. Het was (ahum) een goed idee van mij om dan eens eerst een korter werk te lezen, deze novelle. Ook nu moest ik even wennen, maar toen ik eenmaal gewend was, dacht ik eerst te begrijpen dat Thomas Mann de Duitse Couperus was: dezelfde romantische gedachten over Italië en over het schrijverschap, en minstens even fraaie zinnen. Maar gaandeweg kreeg ik door dat Mann een verhaal schreef dat Couperus nooit had kunnen schrijven, zo eerlijk en zo hartverscheurend, met zulke prachtige scènes en beschrijvingen van dingen die ik nooit eerder beschreven zag. Als Aschenbacher bijvoorbeeld op een dag besloten heeft dat het beter is zijn hotel in Venetië te verlaten en door te reizen naar een andere stad, omdat hij nog niet in de gaten heeft dat hij verliefd is op Tadzio, en de volgende morgen dat besluit tegen zijn zin moet uitvoeren: de opluchting die hij dan voelt als hij merkt dat zijn bagage de verkeerde kant op is gestuurd en dit hem een excuus geeft om te blijven waar hij wil blijven. Het verbergen van een gevoel van opluchting over iets waarvan iedereen vermoed dat je het heel naar moet vinden: daarover heb ik nog nooit iets gelezen. Toch maar weer eens aan Der Zauberberg of Dr. Faustus beginnen.
Reacties