William Shakespeare. King Lear. London: BBC, 1981 (1606).

William Shakespeare. King Lear Als ik het goed gezien heb, wordt er in King Lear nooit naar God verwezen, maar wel een aantal keer naar de goden. Het stuk speelt zich af in heidense, in Keltische tijden. Dat waren tijden van veelgodendom en dat lijkt me niet toevallig.

Er is geen richting en geen orde in de samenleving in King Lear, de wereld ziet eruit zoals Christenen soms lijken te denken dat de wereld eruit zal zien als er geen God is: ordeloos en rechteloos, een gevecht van allen tegen allen.

De goeden in het stuk lijken allemaal te weten welke orde er eigenlijk een zou moeten zijn: een waarin Lear geëerbiedigd wordt als koning, waarin men in hem de meester onderkent, waarin iedereen hem liefde verschuldigd is, zelfs als hij gek geworden is.  Waarom dat eigenlijk zo is, wordt niet expliciet uit de doeken gedaan, maar het blijkt uit het verloop van het stuk: omdat anders de chaos uitbreekt. Tegelijkertijd is het Lear zelf die de anarchie uitroept – als iedereen doet wat hij wil, wordt dus alle macht uit zijn handen genomen en in de handen van zijn twee trouweloze en harteloze dochters. Als de ordenende figuur zelf de orde uit handen geeft, blijkt er niets meer over.

Ik heb deze keer King Lear op mijn iPhone gezien in de BBC-interpretatie van 1982. Geldt dat eigenlijk wel als lezen? Volgens mij wel. Het stuk werd integraal uitgevoerd en was ondertiteld, dus ik heb al Shakespeares woorden gelezen, zij het in een uitvoerig geïllustreerde versie. Ah, Shakespeare. Behalve abstracte gedachtes over schuld en stuurloosheid houd je er, als je het gespeeld ziet, ook nog een fijn treurig gevoel aan over, om vaders die hun kinderen verliezen, en om de dwaasheid van onze wereld.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.