Ernest van der Kwast. Mama Tandoori. Amsterdam: Nijgh en Van Ditmar, 2010.

Alweer een boek dat ik misschien niet gelezen zou hebben als de onvolprezen Luisterbieb niet bestond: wanneer die app ooit geld gaat vragen (voor een groter aanbod, dat wel), dan weet ik niet hoe snel ik naar mijn portemonnee moet grijpen.

Mama Tandoori is een aardig boek. Het past op een bepaalde manier in een Engelstalige traditie van romans over Indiase personen – denk aan Salmon Rushdie, maar denk nog liever aan Adiga Aravind – die bigger than life zijn: hysterisch, niet geneigd tot enige rede, maar wel tot het vertonen van gedrag dat de lezer laat lachen.

Er is iets ongemakkelijks aan dat soort verhalen. Is dit niet een vorm van zelf opgelegd oriëntalisme, van mensen die weten hoe raar er door andere mensen ('westerlingen') naar hun cultuur wordt gekeken, die zelf misschien die verbaasde blik hebben geïnternaliseerd, en die nu alles maar als raar en exotische en magisch realistisch voorstellen omdat het verhaal zo makkelijker te accepteren zal zijn?

Maar dan moet ik ook onmiddellijk toegeven: Mama Tandoori, de Indiase moeder van Ernest van der Kwast in dit boek (zijn vader is een Nederlander), is een mooi personage. Bigger than life, jazeker, maar daardoor ook iemand die je niet vergeet. Ik geloof geen moment dat iemand in het leven kan functioneren die haar man, een medisch specialist, kan doen geloven dat hij maar een arme sloeber is en beter af zou zijn wanneer hij een rat was in Delhi. Maar Van der Kwast weet er mooie verhalen over vertellen.

Bovendien zit aan het boek ook nog een staart. Uitgerekend wanneer Ernest van der Kwast naar India gaat, om zijn tantes te ontmoeten, ontdekt hij dat zijn moeder meer is dan alleen hysterisch en niet geneigd tot enige rede. Zijn ene tante is een rustiger versie van zijn moeder, de andere is nóg bizarder. Maar die andere tante is dan ook alleen en moet het allemaal maar zien te rooien in de moeilijke omstandigheden waarin ze verkeert.

Ineens ontdekt Ernest, en ontdekt de lezer, dat er meer is dan dit bizarre gedrag – dat het een functie heeft, een bezwerende, dat het een manier is om te overleven in een wereld waarin 'westerlingen' wel naar je cultuur kijken, maar er nauwelijks deel aan nemen.

En daardoor komt het met het boek Mama Tandoori allemaal goed: fijn om naar te luisteren, zonder bijgedachten.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.