Annemarie Estor. Het overschot. Een gedicht. Wereldbibliotheek, 2025.

Ik ben te belegen om nog voor iedere nieuwe bundel naar de boekhandel te rennen, maar als er een nieuwe bundel van Annemarie Estor is, maak ik een uitzondering. Haar poëzie heeft alles wat een mens van hedendaagse poëzie kan verwachten. Dat is in de eerste plaats taal: bijzondere woorden, die tesamen intrigerend, ja zelfs mooi, klinken. "In de hoogmoed van de oogstverwachting", staat in het openingsgedicht van haar nieuwe bundel Het overschot, "en in de zedeloze dievegge, mijn andere ik", waar woorden die altijd al naar elkaar smachten, zoals hoogmoed en oogstverwachting of zedeloze en dievegge, eindelijk naast elkaar omen te staan, en het oog terugkeerd in oogst, en in wacht én in veg . In Estors poëzie bruist het voortdurend van de chemische reacties die woorden met elkaar aangaan. Het overschot heet 'een gedicht', terwijl het tegelijkertijd is opgedeeld in dingen die je als gedichten kunt herkennen, min of meer afgeronde inhoudse...